Volgens de Nationale ombudsman wordt in het wetsvoorstel Tijdelijke wet maatregelen covid-19 te beperkt ingegaan op de inbreuk die door de maatregelen op (andere) grondrechten worden gemaakt. Terwijl de gevolgen daarvan voor burgers, volwassen of kind, verstrekkend zijn. Voor burgers wordt niet duidelijk wie er nu precies beslist over noodzakelijke maatregelen, welke afwegingen een rol hebben in de beslissingen en waar burgers terecht kunnen als zij geconfronteerd worden met beslissingen die gaan over voor hen wezenlijke belangen en behoeften.
Op verzoek van de minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) reageerde de ombudsman op dit voorstel. Zijn advies kwam tot stand met inbreng van de Kinderombudsman.
Reinier van Zutphen: "Wat verandert deze wet nu echt voor burgers? Begrijpen burgers nu welke afwegingen de overheid maakt bij het inperken van hun rechten? En hoe legt de overheid verantwoording af?"
Aanbevelingen
De ombudsman doet een aantal aanbevelingen om aan het perspectief van burgers, kind en volwassen, tegemoet te komen door:
Expliciet(er) criteria op te nemen op basis waarvan een belangenafweging wordt gemaakt tussen verschillende grondrechten, zodat deze kenbaar zijn voor zowel degenen die moeten beslissen als voor degenen over wie een beslissing wordt genomen
Duidelijkere (lokale) bevoegdheidsverdeling en criteria op basis waarvan beslissingen gewogen en genomen worden, zodat duidelijk is waarom er mogelijk differentiatie is tussen verschillende regio's, soorten maatregelen en groepen mensen.
In het wetsvoorstel een duidelijker toelichting te geven op de borging van de democratische controle in relatie tot de bevoegdheidsverdeling op basis van deze wet en noodverordeningen, zodat beter duidelijk wordt op welke manier controle en verantwoording ingevuld wordt.