In zijn arrest van 15 november 2024 (ECLI:NL:HR:2024:1661) heeft de Hoge Raad zijn in het arrest van 26 november 2021 (ECLI:NL:HRL2021:1778) geformuleerde ‘Didam-regels’ verduidelijkt. De Didam-regels zijn (in elk geval) van toepassing als een overheidslichaam een onroerend zaak wil verkopen.
De Didam-regels schrijven voor dat het overheidslichaam via een transparante selectieprocedure mededingingsruimte moet bieden aan (potentiële) gegadigden en de koper aan de hand van objectieve, toetsbare en redelijke criteria dient te selecteren. Ook indien bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop, dient het overheidslichaam zijn voornemen tot verkoop tijdig en gemotiveerd voorafgaand aan de verkoop op zodanige wijze bekend te maken dat een ieder daarvan kennis kan nemen. De Hoge Raad verduidelijkt nu dat (i) de Didam-regels zijn gebaseerd op de algemene beginselen van behoorlijk bestuur; (ii) het overheidslichaam bij de voorgenomen verkoop van een onroerende zaak de Didam-regels moet toepassen, ook als bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop; (iii) geen reden bestaat voor het beperken van de temporele reikwijdte van de Didam-regels, met als gevolg deze ook van toepassing zijn op overheidshandelen dat heeft plaatsgevonden voorafgaande aan het eerste Didam-arrest; (iv) de Didam-regels niet de strekking hebben om de geldigheid van daarmee strijdige rechtshandelingen met nietigheid of vernietigbaarheid te treffen; en (v) een overheidslichaam dat in strijd met de Didam-regels overgaat tot verkoop van een onroerende zaak in beginsel onrechtmatig handelt jegens een (potentiële) gegadigde die bij die verkoop ten onrechte geen gelijke kans heeft gekregen, hetgeen onder omstandigheden kan verplichten tot vergoeding van de als gevolg daarvan geleden schade of (desgevraagd) tot een rechterlijk verbod tot verkoop.