Deze zaak draait om de sluiting van een pand in Velsen waarin de motorclub Hells Angels Westport MC is gevestigd.
Bij besluit van 22 februari 2021 heeft de burgemeester van Velsen een deel van het pand aan de Kanaalstraat 38 - 40 te IJmuiden met ingang van vrijdag 26 februari 2021 gesloten voor onbepaalde tijd. Het pand bestaat uit een clubhuis, het café Oud IJmuiden en een woning. De Vereniging Motorcycleclub Westport (hierna: de vereniging) heeft dit pand gekocht op 15 mei 2000 en sindsdien is de motorclub Hells Angels Westport MC op dit adres gevestigd.
Het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in zijn beschikking van 15 december 2020, ECLI:NL:GHARL:2020:10406 geconcludeerd dat de activiteiten van Hells Angels MC, waar de vereniging deel van uitmaakte, verboden zijn (bevestigd door de HR in zijn arrest van 15 juli 2022, ECLI:NL:HR:2022:1114). Naar aanleiding hiervan heeft de burgemeester de politie verzocht om informatie over de vereniging die is gevestigd in zijn gemeente. In de bestuurlijke rapportage heeft de politie geadviseerd om op te treden tegen de vereniging vanwege verstoring van de openbare orde.
De rechtbank heeft overwogen dat de burgemeester ervan uit mocht gaan dat het pand werd gebruikt door de vereniging en dat de vereniging zich identificeert met Hells Angels. Voorts heeft de rechtbank geconcludeerd dat de burgemeester zich redelijkerwijs op het standpunt heeft kunnen stellen dat de sluiting voor onbepaalde tijd nodig is in het belang van het herstel van de openbare orde.
Volgens de vereniging heeft de rechtbank ten onrechte geoordeeld dat het besluit niet in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Daartoe heeft de vereniging op de zitting aangevoerd dat zij afstand heeft genomen van de Hells Angels en de daarbij horende cultuur. Zij stelt niet, althans niet meer, met de Hells Angels vereenzelvigd te kunnen worden. Daarom is de vereniging, anders dan de Hells Angels, niet verboden en levert zij geen ernstig gevaar op voor de openbare orde rond het betreffende pand.
De grond die de vereniging in hoger beroep heeft aangevoerd is een herhaling van wat zij in beroep heeft aangevoerd. De vereniging heeft geen redenen aangevoerd waarom de gemotiveerde beoordeling van de rechtbank in de aangevallen uitspraak onjuist of onvolledig zou zijn. De Afdeling kan zich vinden in het oordeel van de rechtbank.
De Afdeling voegt daaraan nog toe dat de vereniging pas na de beschikking van het gerechtshof van 15 december 2020, waarin het verbod is opgelegd, heeft besloten om afstand te nemen van Hells Angels en de daarbij horende cultuur. Verder zit tussen de beschikking van het gerechtshof en het besluit van de burgemeester om het pand deels te sluiten een beperkte periode van iets minder dan tien weken. De vereniging heeft onvoldoende onderbouwd dat er naast het verbod ook andere redenen waren voor het nemen van afstand. Die onderbouwing had wel van haar kunnen worden verwacht, aangezien zij, zoals de rechtbank terecht heeft overwogen, is te vereenzelvigen met Hells Angels Westport, en zich als zodanig meer dan twintig jaar in en vanuit het pand heeft gemanifesteerd als onderdeel van de Hells Angels-organisatie. Gezien het voorgaande is de Afdeling van oordeel dat de vereniging haar stelling dat zij uit eigen initiatief en daadwerkelijk in de beperkte periode tussen de uitspraak van het gerechtshof en het besluit van de burgemeester daadwerkelijk afstand heeft genomen van de Hells Angels en de daarbij horende cultuur, niet aannemelijk heeft gemaakt.
Het hoger beroep is ongegrond. De aangevallen uitspraak moet worden bevestigd.