Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Uitspraak over handhavingsbesluit op basis van Omgevingswet/overtreding omgevingsplan

In de uitspraak van de Rechtbank Limburg 14 oktober 2024, ECLI:NL:RBLIM:2024:7151 is de toetsing van een last onder dwangsom op basis van de Omgevingswet aan de orde. Er is een last opgelegd vanwege het handelen in strijd met het omgevingsplan (art. 22.26 van het tijdelijke deel jo. art. 5.1, lid 1, onder a Omgevingswet).

14 oktober 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Volgens verweerder handelt eiseres in strijd met art. 3.5.1, onder a, van het bestemmingsplan doordat zij op het perceel achter het bedrijfsgebouw buiten het bouwvlak containers en houten pallets opslaat in de buitenlucht. Eiseres dient deze overtreding te beëindigen vóór 5-8-2024 op straffe van het verbeuren van een dwangsom van

€ 2.000,- per overtreding van de last, met een maximum van € 10.000,-.

Daarnaast handelt eiseres volgens verweerder in strijd met art. 3.1 van het bestemmingsplan doordat het perceel ook wordt gebruikt voor het parkeren van vrachtwagens en het laden en lossen van vracht. Op grond van art. 3.1 van het bestemmingsplan is het perceel namelijk bestemd voor agrarisch (grond)gebruik. Het bedrijf van eiseres is niet aan te merken als een agrarisch bedrijf. Aangezien het gebruik van de vrachtwagens en het laden en lossen plaatsvindt ten behoeve van de niet-agrarische bedrijfsvoering van eiseres, is er sprake van strijd met artikel 3.1 van het bestemmingsplan. Eiseres dient deze overtreding te beëindigen vóór 5-8-2024, op straffe van het verbeuren van een dwangsom van € 5000,- per overtreding, met een maximum van

€ 20.000,-.

Aangezien het bestemmingsplan op grond van art. 22.1, aanhef en onder a, van de Ow onderdeel uitmaakt van het (tijdelijk) deel van het omgevingsplan en eiseres gelet op het voorgaande in strijd handelt met dit (tijdelijk) deel van het omgevingsplan, is sprake van omgevingsplanactiviteiten. Nu voor deze omgevingsplanactiviteiten geen omgevingsvergunning is aangevraagd handelt eiseres in strijd met art. 5.1, lid 1, onder a, Ow volgens verweerder.

Tenslotte handelt eiseres volgens verweerder in strijd met art. 22.26 van het Omgevingsplan van de gemeente Horst aan de Maas nu zij voor een warmtewisselaar op het perceel geen omgevingsvergunning heeft aangevraagd voor het bouwen van een bouwwerk. Aangezien eiseres in strijd handelt met het omgevingsplan is sprake van een omgevingsplanactiviteit. Nu eiseres hiervoor geen omgevingsvergunning heeft aangevraagd, is er sprake van strijd met artikel 5.1, eerste lid, aanhef en onder a, van de Ow. Eiseres dient deze overtreding te beëindigen vóór 5 augustus 2024, op straffe van het verbeuren van een dwangsom van € 10.000,- ineens.

Geen concreet zicht op legalisering is aan de orde omdat de omgevingsvergunningaanvraag reeds is afgewezen. Wel was handhaving voor een paar overtredingen onevenredig.

Artikel delen