Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Uitspraak systematiek planregels: heeft algemene verbodsbepaling voorrang boven de planregels over een specifieke bestemming?

Deze interessante rechtsvraag was aan de orde in de uitspraak ABRvS 18 september 2024, ECLI:NL:RVS:2024:3751. Bij besluit van 23 april 2020 heeft het college een last onder dwangsom opgelegd wegens overtreding van het bestemmingsplan en van de bouwvergunning door het verbouwen van de verdieping van het bijgebouw op het achterste deel van het perceel tot twee zelfstandige appartementen en het laten bewonen van deze appartementen.

18 september 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

Het college betoogt dat de rechtbank ten onrechte heeft geoordeeld dat de bewoning van het bijgebouw niet in strijd is met het bestemmingsplan. Het college voert aan dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat artikel 6.1, aanhef en onder b, van de planregels - waarin is bepaald dat de voor "Detailhandel" aangewezen gronden ter plaatse van de aanduiding "wonen" tevens zijn bestemd voor woningen - voorrang heeft ten opzichte van het algemene verbod in artikel 22.2, aanhef en onder c, van de planregels om vrijstaande bijgebouwen te gebruiken voor zelfstandige bewoning. Volgens het college vormt het gebruiksverbod in artikel 22.2, aanhef en onder c, een beperking op de algemene planregels over de bestemming "Detailhandel" in artikel 6.1. Daarbij wijst het college ook op artikel 6.2.2, aanhef en onder b, van de planregels. Volgens het college volgt uit het samenstel van deze drie bepalingen dat op het perceel enkel bestaande woningen zijn toegestaan en dat zelfstandige bewoning van het bijgebouw niet is toegestaan.

Op grond van het bestemmingsplan heeft het perceel de bestemming "Detailhandel" met de functieaanduiding "wonen". De plek waar het bijgebouw staat, heeft de bouwaanduiding "bijgebouwen".

In artikel 6.1 van de planregels is onder meer bepaald dat de voor "Detailhandel" aangewezen gronden zijn bestemd voor detailhandel en ter plaatse van de aanduiding "wonen", tevens voor woningen.

In artikel 6.2.2, aanhef en onder b, is bepaald dat voor het bouwen van hoofdgebouwen geldt dat woningen uitsluitend mogen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "wonen", waarbij het aantal woningen niet meer mag bedragen dan het aantal woningen dat aanwezig is op het moment van terinzagelegging van het bestemmingsplan.

In artikel 6.2.3 zijn de regels opgenomen die gelden voor het bouwen van aan-, uit- en bijgebouwen. Daarin staat niets over woningen of over de aanduiding "wonen".

In artikel 22.2, aanhef en onder c, is bepaald dat onder gebruiken in strijd met het bestemmingplan in ieder geval wordt verstaan het gebruiken van vrijstaande bijgebouwen voor zelfstandige bewoning.

Naar het oordeel van de Afdeling is de bewoning van het bijgebouw wel in strijd met het bestemmingsplan. Op grond van artikel 6.1 van de planregels is het perceel bestemd voor detailhandel en woningen. Artikel 22.2, aanhef en onder c, van de planregels bepaalt dat het verboden is om vrijstaande bijgebouwen te gebruiken voor zelfstandige bewoning. Het college heeft terecht gesteld dat dit gebruiksverbod een beperking vormt op de gebruiksmogelijkheden van artikel 6.1. Anders dan waar de rechtbank van uitgaat, volgt uit artikel 6.1 niet dat die gebruiksmogelijkheden niet nader gereguleerd of beperkt mogen worden. Om die reden is er dan ook geen strijd of discrepantie tussen de gebruiksmogelijkheden in artikel 6.1 en het gebruiksverbod in artikel 22.2 van de planregels en heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat artikel 6.1, aanhef en onder b, voorrang heeft boven artikel 22.2, aanhef en onder c. Hierbij is van belang dat in artikel 6.1 en de daarop volgende planregels over de bestemming "Detailhandel" niets is bepaald over het gebruik van bijgebouwen als woning. Bovendien duidt ook de zinsnede "in ieder geval" in artikel 22.2 erop dat het daarin vermelde gebruik in strijd met het bestemmingsplan is, ongeacht de gebruiksmogelijkheden bij de specifieke bestemmingen.

Het voorgaande betekent dat in strijd met artikel 22.2, aanhef en onder c, van de planregels is gehandeld door twee appartementen in het bijgebouw te realiseren en deze te laten bewonen.

Artikel delen