Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Welke eisen gelden er t.a.v. het verslag van de hoorzitting van de bezwaarschriftencommissie?

Op die vraag gaf de ABRvS antwoord in de uitspraak van 24 december 2024, ECLI:NL:RVS:2024:5403.

24 december 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

[appellant] betoogt dat het advies van de bezwaarschriftencommissie geen verslag van horen bevat. Uit de stukken blijkt dat [appellant] in verband met het door hem ingediende bezwaarschrift niet is gehoord ten overstaan van het college, maar ten overstaan van een commissie, die aan het college over de op bezwaarschriften te nemen beslissingen advies uitbrengt. Van de hoorzitting is geen verslag gemaakt.

Uit de geschiedenis van de totstandkoming van artikel 7:13, zesde lid, van de Awb, voorheen artikel 7:7, (Kamerstukken II 1988/89, 21 221, nr. 3, blz. 151) blijkt dat met een verslag een schriftelijk verslag wordt bedoeld. De plicht tot schriftelijke verslaglegging kan op verschillende wijzen worden vormgegeven. Zo kan ook uit de beslissing op bezwaar blijken wat op de hoorzitting is verhandeld.

Het bestreden besluit is in strijd met artikel 7:13, zesde lid, van de Awb genomen, omdat geen schriftelijk verslag is gemaakt en uit de beslissing op bezwaar niet blijkt wat op de hoorzitting verhandeld is. Het betoog slaagt, maar leidt niet tot het door [appellant] gewenste doel. [appellant] heeft namelijk niet aannemelijk gemaakt dat hij door het ontbreken van een schriftelijk verslag in zijn belangen is geschaad. De Afdeling ziet daarom aanleiding dit gebrek met toepassing van artikel 6:22 van de Awb te passeren.

Artikel delen