De overheid neemt jaarlijks vele duizenden besluiten ten aanzien van burgers en bedrijven. Deze betreffen uiteraard niet uitsluitend begunstigende maar ook belastende besluiten, zoals het intrekken van een subsidie, het afwijzen van een vergunningaanvraag of het opleggen van een last onder dwangsom. In veel gevallen is het evenwel mogelijk om een onwelgevallig besluit juridisch aan te vechten. In het Nederlandse stelsel van bestuursrechtelijke rechtsbescherming vormt de bezwaarschriftprocedure hierbij een belangrijke en veelal ook verplichte schakel, alvorens beroep bij de bestuursrechter kan worden ingesteld.
De bezwaarschriftprocedure heeft weliswaar elementen van rechtspraak in zich, maar kent ook essentiële verschillen met de beroepsprocedure bij de rechtbank. Te noemen zijn in dit kader on-der meer de beoordeling ex nunc, de toetsing aan de doelmatigheid en het zogenaamde verbod van reformatio in peius. Ook gelden in bezwaar de nodige procedurele en vormvoorschriften met daarbij relatief korte (en fatale) beslistermijnen en doorgaans strenge jurisprudentie. Een gedegen kennis van de grondslagen van de bezwaarschriftprocedure en de toepasselijke regelgeving en rechtspraak is derhalve bepaald geen overbodige luxe.
Dit boek beoogt de lezer van de nodige kennis en informatie te voorzien omtrent het effectief procederen in bezwaar. Inhoud en opzet van het boek zijn daarbij in het bijzonder toegesneden op de behoeften van de praktijkjurist, onder meer door de opname van diverse bijlagen met relevante modellen. Het boek is echter ook geschikt voor rechtenstudenten en andere geïnteresseerden. Enige basiskennis van de Algemene wet bestuursrecht is hierbij wel noodzakelijk.