Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Lijst van vragen inzake het advies van de adviescommissie Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) over het eindrapport “Om de leefomgeving” (Kamerstuk 22343-295).

De vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat heeft een aantal vragen voorgelegd aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het eindrapport ‘Om de leefomgeving. Omgevingsdiensten als gangmaker voor het bestuur’ van de adviescommissie Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) (Kamerstuk 22 343, nr. 295).

Tweede Kamer 25 mei 2021

Kamerstuk: kamerbrief

Kamerstuk: kamerbrief

De voorzitter van de commissie,

Agnes Mulder

De griffier van de commissie,

Schuurkamp

Zie tevens:

Commissie VTH: verminder grip gemeenten op omgevingsdiensten

Beantwoording vragen Eerste Kamer over Uitvoeringsagenda-VTH

VNG plaatst kritische kanttekeningen bij rapport VTH-stelsel

Nr.

Vraag

1

Welke gevolgen ziet u voor het beleggen van de zogenaamde plustaken en de verhoudingen tussen bevoegde gezagen en omgevingsdiensten als de adviezen worden doorgevoerd?

2

Hoe zorgt u ervoor dat de bevoegde gezagen de basistaken, die nu reeds wettelijk verplicht zijn om bij de omgevingsdiensten te beleggen, ook daadwerkelijk daar belegd gaan worden?

3

Hoe gaat u erin voorzien dat ook het Rijk en haar uitvoerende diensten hun bijdragen leveren aan een robuust en toekomstbestendig stelsel voor vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH-stelsel) als geheel?

4

Hoe ziet u dit rapport in het licht van de Omgevingswet?

5

Hoe ziet u de rol van de omgevingsdienst onder de Omgevingswet voor zich? Wordt deze met de adviezen van de commissie niet een landelijke uitvoeringsdienst die ver af komt te staan van de lokale praktijk?

6

Hoe ervaart het bedrijfsleven de expertise en deskundigheid van omgevingsdiensten in het algemeen, en omgevingsdiensten die taken uit het Besluit risico's zware ongevallen uitvoeren (BRZO-taken)? Welke ontwikkeling heeft daarin plaatsgevonden en welke verdere ontwikkeling is van belang, ook gezien de invoering van de Omgevingswet?

7

In hoeverre ervaart u verschillen in aanpak tussen regio’s in de vergunningverlening, toezicht en handhaving, en in hoeverre betekent dit een inbreuk op het level playing field? Waardoor worden eventuele verschillen veroorzaakt?

8

Hoe ervaart het bedrijfsleven het gebruik van koepelvergunningen in de praktijk?

9

Is het gebrek aan expertise (onder andere aanpak milieucriminaliteit, verwevenheid milieuschade, gezondheidsschade, et cetera) op te lossen met extra financiering? Zitten hier grotere uitdagingen aan vast?

10

Welke kansen biedt de uitbreiding van expertise door het versterken van de samenwerking tussen organisaties met VTH-taken en Gemeentelijke Gezondheidsdiensten (GGD’en) in de aanpak van milieu-gerelateerde gezondheidsschade? Hoe kan dit het beste vormgegeven worden, gelet op de conclusies van het rapport 'Om de leefomgeving'?

11

Gaat u voortvarend de conclusies oppakken? Of blijft dit liggen voor het volgende kabinet?

12

Gaat u de Rijkstaken (uitvoerende taken en regelgevende taken) ook onderzoeken ten behoeve van een robuust en toekomstbestendig VTH-stelsel?

13

Hoe ziet de ambtelijke voorbereiding voor het opvolgen van de adviezen uit het rapport eruit? Hoe verloopt deze voorbereiding? Hoe gaat u voorkomen dat dit rapport, niet net als de eerdere adviezen uit andere rapporten, op de achtergrond belandt?

14

Wat voor rol is er de komende jaren voor het Rijk weggelegd in het versterken van de positie van de omgevingsdiensten?

15

Welke prioriteit heeft de versterking van het VTH-stelsel, tegen de achtergrond van de impact die incidenten kunnen hebben op de gezondheid van de mens en het milieu?

16

Hoe kunnen incidenten beter in beeld gebracht en aangepakt worden?

17

Kunt u toelichten waarom de ontwikkelingen in de leefomgeving en incidenten niet systematisch worden gevolgd, waardoor het lijkt te ontbreken aan kwantitatieve en kwalitatieve data?

18

Hoe kan de bestuurlijke fragmentatie, wat leidt tot grote en ongerechtvaardigde verschillen in de aanpak van de handhaving en in
de behandeling van burgers en bedrijven, verbeterd worden?

19

Heeft u in kaart hoe groot de omvang van milieucriminaliteit is? Zo ja, is bij u bekend welk percentage daarvan daadwerkelijk wordt berecht?

20

Welke mogelijkheden zijn er om een onjuist verleende vergunning in te trekken, zonder dat dit tot bestuurlijke chaos leidt? Is het wettelijk instrumentarium hier toereikend genoeg voor?

21

Hoe komt het dat de geschetste problemen, waarvan enkele belangrijkste bevindingen al op pagina 19 worden benoemd, nog steeds bestaan?

22

Hoe kan de onafhankelijkheid van de omgevingsdiensten worden verbeterd en gewaarborgd?

23

Hoe sterk staat het stelsel zodra de Omgevingswet wordt ingevoerd? Hoe kan de positie van het stelsel verstevigd worden, indien het niet sterk genoeg is?

24

Is het bekend of de geschetste problemen en het spanningsveld tussen nabijheid en onafhankelijkheid ook bij andere instanties voorkomen die vergunning/toestemming verlenen én controle uitvoeren, bijvoorbeeld bij organisaties als de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit?

25

Wat is de ideale grootte van een omgevingsdienst?

26

Welke oplossingen ziet u om niet alleen het delen van kennis, maar ook het uitwisselen van informatie tussen bijvoorbeeld omgevingsdiensten, waterschappen en politie te verbeteren?

27

In hoeverre ziet u het delen van kennis tussen verschillende overheidslagen als mogelijkheid om de slagkracht van de omgevingsdiensten te vergroten?

28

Waarom zijn de eenmalige aansluitkosten en de jaarlijkse gebruikersvergoeding à 10.000 euro voor Inspectieview Milieu niet opgenomen in de Rijksfinanciering? Legt dit extra financieringsdruk op het VTH-stelsel? Zijn hierdoor instanties die VTH-taken uitvoeren in de problemen gekomen?

29

Hoe kan de informatie-uitwisseling op peil worden gebracht? Welke rol speelt de Kamer hierbij? Welke rol speelt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat hierbij, en heeft u hierin kansen laten liggen? Speelt het ministerie van Justitie en Veiligheid hier in het kader van milieucriminaliteit ook een rol bij?

30

Gaat u, ten behoeve van een robuust en toekomstbestendig VTH-stelsel, de taken van het Rijk en de uitvoerende diensten onderzoeken?

31

Welke mogelijkheden ziet u om de kennisontwikkeling en het in huis hebben van de juiste expertises binnen alle omgevingsdiensten naar een gelijkwaardig niveau te tillen?

32

Hoe gaat u erop toezien dat de reeds wettelijk verplichte basistaken daadwerkelijk worden ondergebracht bij omgevingsdiensten?

33

Welke mogelijkheden ziet u in het vaststellen van een basistakenpakket enerzijds, maar ook risico-gestuurd te werk gaan anderzijds?

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.