Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

In de Wro is het kostenverhaal via grondexploitatie opgenomen. In het Bro is dit nader uitgewerkt. Bij de vaststelling van een bestemmings- plan of omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmings- plan moet de gemeenteraad een exploitatieplan vaststellen indien er sprake is van zogenoemd aangewezen bouwplan.1

Dit exploitatieplan dient om kosten die de gemeente maakt voor een ontwikkeling te kunnen verhalen. Er hoeft geen exploitatieplan vastgesteld te worden indien het kostenverhaal anderszins verzekerd is, bijvoorbeeld door middel van een anterieure overeenkomst, als het verhaal van kosten plaatsvindt via gronduitgiftebeleid of als het plan valt onder de bagatel- regeling van artikel 6.2.1a Bro.

Tot aangewezen bouwplannen behoren ondermeer de bouw van één of meer woningen, maar ook de uitbreiding van bestaande gebouwen (met meer dan 1.000 m2 of met woningen), de verbouwing van één of meer aaneengesloten gebouwen voor woondoeleinden of ten behoeve van detailhandel, dienstverlening, kantoor of horecadoeleinden. Een herontwikkeling van een bestaand (cultuurhistorisch) gebouw kan dus een aangewezen bouwplan zijn. Er moet daarbij wel sprake zijn van de activiteit bouwen, alleen een functieverandering is geen aangewezen bouwplan.

Een exploitatieplan bestaat volgens artikel 6.1.3 Wro uit een kaart van het exploitatiegebied, een omschrijving van de werken en een exploitatieopzet. In de exploitatieopzet worden de kosten die zijn gemaakt ten behoeve van de planvorming benoemd.

In artikel 6.2.4 van het Bro is nader aangegeven welke kosten hiermee bedoeld zijn. Tot deze kosten behoren ondermeer onderzoekskosten. In artikel 6.2.4 a Bro is benoemd dat onder andere kosten van cultuurhistorisch onderzoek (archeologie of andere aspecten) onderdeel uit kunnen maken van het exploitatieplan.

Daarnaast is in artikel 6.2.3 Bro opgenomen dat ook kosten met betrekking tot gronden buiten het exploitatiegebied kunnen worden verhaald. Hieronder behoren ook kosten van compenserende maatregelen voor in het plangebied verloren gegane waarden (artikel 6.2.4 sub e). In de Memorie van Toelichting op de wijziging van de Wro inzake de grondexploitatie is opgenomen dat dit ook betrekking kan hebben op cultuurhistorische waarden, zoals het verplaatsen van een monument.23