Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

ECLI:NL:GHDHA:2023:604

6 April 2023

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Zaaknummer : 200.321.662/02
Zaaknummer hoofdzaak : 200.321.662/01

Beslissing van de meervoudige kamer voor de behandeling van wrakings- en verschoningsverzoeken d.d. 31 maart 2023

op het verzoek tot wraking als bedoeld in artikel 36 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv), in de hoofdzaak met het hiervoor genoemde zaaknummer van:

[verzoeker]

verblijvende te Indonesië,

verzoeker,
hierna te noemen: [verzoeker] .

Het verloop van de procedure

1. Bij het hof is onder zaaknummer 200.321.662/01 een procedure aanhangig tussen [verzoeker] als verzoeker en de raad voor de kinderbescherming als verweerder (hierna: de hoofdzaak). In deze procedure wordt [verzoeker] bijgestaan door zijn advocaat mr. J. Weermeijer-Patist (hierna: mr. Weermeijer).

2. Op 8 maart 2023 heeft in de hoofdzaak een mondelinge behandeling plaatsgevonden ten overstaan van mrs. A.A.F. Donders, P.M.A.J. Bollen en M.J. Vonk.

3. Op 14 maart 2023 heeft de griffie familie van het hof een e-mailbericht ontvangen van mr. Weermeijer met daarbij gevoegd een V8 formulier (niet geregeld verzoek) en een brief ondertekend door [verzoeker] met als onderwerp ‘wraking rechter door partijdigheid’.

4. De wrakingskamer heeft voornoemd schrijven opgevat als verzoek tot wraking van één of meerdere raadsheren in de hoofdzaak (hierna ook: het wrakingsverzoek).

5. Bij e-mail van 15 maart 2023 heeft de coördinator van de wrakingskamer de ontvangst van het wrakingsverzoek bevestigd aan mr. Weermeijer.

6. Bij e-mail van 16 maart 2023 heeft de coördinator mr. Weermeijer verzocht om het wrakingsverzoek te verduidelijken en mee te delen op welke rechter(s) het verzoek betrekking heeft. Mr. Weermeijer heeft bij e-mail van 16 maart 2023 laten weten dat hij het verzoek enkel op uitdrukkelijk verzoek van zijn cliënt heeft doorgestuurd en dat hij meent dat [verzoeker] het over de voorzitter heeft.

De beoordeling van de ontvankelijkheid

7. Bij de beoordeling van de ontvankelijk van het wrakingsverzoek stelt de wrakingskamer voorop dat in de hoofdzaak de eis van verplichte procesvertegenwoordiging geldt. In zaken waarin een partij zich verplicht moet laten vertegenwoordigen, moet een schriftelijk verzoek tot wraking op straffe van niet-ontvankelijkheid worden ondertekend en ingediend door een advocaat (zie HR 18 december 1998, ECLI:NL:HR:1998:AD2997, NJ 1999, 271).

8. Bij e-mail van 17 maart 2023 is mr. Weermeijer meegedeeld dat de wrakingskamer heeft geconstateerd dat het wrakingsverzoek niet door hem – de advocaat van [verzoeker] – is ondertekend. De wrakingskamer heeft [verzoeker] in de gelegenheid gesteld dit verzuim uiterlijk 24 maart 2023 te (doen) herstellen. Daarnaast heeft de wrakingskamer verzocht om binnen dezelfde termijn duidelijkheid te geven over op welke raadsheer of raadsheren het verzoek tot wraking ziet.

9. [verzoeker] heeft van de hem geboden gelegenheid tot herstel van het verzuim geen gebruik gemaakt. Ook is niet gereageerd op het verzoek om duidelijkheid te geven over welke raadsheer of raadsheren [verzoeker] wenst te wraken. De wrakingskamer heeft evenmin van mr. Weermeijer een reactie ontvangen.

10. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat [verzoeker] niet-ontvankelijk moet worden verklaard in het wrakingsverzoek. Het hof heeft afgezien van een mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek ter zitting met toepassing van het bepaalde in paragraaf 4, lid 2, aanhef en onder c, Wrakingsprotocol gerechtshof Den Haag.


Beslissing


De wrakingskamer:

  • verklaart [verzoeker] niet-ontvankelijk in het wrakingsverzoek;

  • bepaalt dat een afschrift van deze beslissing wordt toegezonden aan [verzoeker] , zijn advocaat mr. J. Weermeijer-Patist te Leiden, de raadsheren A.A.F. Donders, P.M.A.J. Bollen en M.J. Vonk en aan verweerder en belanghebbenden in de hoofdzaak.

Deze beslissing is gegeven door mrs. E.C. van Veen, E.M. Dousma-Valk en I. Reijngoud en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 31 maart 2023, in aanwezigheid van de griffier mr. S.N. Keuning.

Artikel delen