Bestuursrecht
zaaknummer: AMS 21/1770
Adam’s Boats B.V., te Amsterdam, eiseres 2
(gemachtigde: mr. L.P.W. Mensink),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, verweerder
(gemachtigden: mr. J. Bootsma, mr. S. van Heukelom-Verhage, mr. B.S. Jaasma en mr. M. de Wit).
Inzake Sloepdelen B.V.
Bij besluiten van 4 juni 2020 (de primaire besluiten) heeft verweerder de exploitatievergunning van eiseres 1 ambtshalve gewijzigd in een vergunning voor bepaalde tijd voor het vaartuig:
-10 fluisterboten met als einddatum 1 maart 2028;
-20 fluisterboten, met als einddatum voor 10 vaartuigen 1 maart 2024 en met als einddatum voor 10 vaartuigen 1 maart 2026.
Inzake Adam’s Boats B.V.
Bij besluit van 4 juni 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder de exploitatievergunning van eiseres 2 ambtshalve gewijzigd in een vergunning voor bepaalde tijd voor de vaartuigen:
-10 tuindersvletten met als einddatum 1 maart 2026.
Inzake alle eiseressen
Bij besluit van 10 februari 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiseressen ongegrond verklaard.
Eiseressen hebben tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft in deze zaak en de zaken genoemd in de bijlage bij deze uitspraak een regiezitting gehouden op 22 april 2021, waarbij met partijen afspraken zijn gemaakt over het verloop van de procedure.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Partijen hebben gebruik gemaakt van de mogelijkheid om te repliceren en te dupliceren.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden van dinsdag 16 november 2022 tot en met 30 november 2021 in deze zaak en de zaken genoemd in de bijlage.n
Zie bijlage 1.
De zaken zijn gezamenlijk behandeld. De rechtbank heeft vervolgens het onderzoek in alle zaken gesloten. Eiseressen zijn daar vertegenwoordigd door [naam 1] en hun gemachtigde. Verweerder (hierna: het college) heeft zich laten vertegenwoordigen door bovenstaande gemachtigden.1. De rechtbank stelt eiseressen niet in het gelijk.
2. De rechtbank heeft het beroep van eiseressen gelijktijdig behandeld met de beroepen van andere Amsterdamse reders voor passagiersvaart.n
Voor een overzicht van alle zaaknummers, zie bijlage 1.
Al deze reders komen op tegen de omzetting van hun exploitatievergunning passagiersvaart van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd. De reders hebben een aantal beroepsgronden gezamenlijk ingediend en tijdens de behandeling hebben de reders ook over en weer naar elkaars standpunten verwezen. De rechtbank heeft er voor gekozen de gezamenlijke standpunten te bespreken en te beoordelen in één enkele uitspraak. Bij uitspraak van 22 februari 2022nECLI:NL:RBAMS:2022:563.
heeft de rechtbank geoordeeld dat de omzetting van de exploitatievergunning van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd niet in strijd is met het geschreven of ongeschreven recht. Voor alle gezamenlijke gronden en het oordeel daarover, verwijst de rechtbank naar die uitspraak. De uitspraak is bijgevoegd en maakt onderdeel uit van deze uitspraak.nZie bijlage 2
3. In deze uitspraak zal de rechtbank ingaan op de individuele gronden van eiseressen. Eiseressen hebben op 23 juli 2021 gronden van beroep ingediend en op 15 oktober 2021 van repliek gediend. De aangevoerde gronden komen in wezen overeen met die in de hiervoor aangehaalde uitspraak van 22 februari 2022. Voor zover er verschillen zijn overweegt de rechtbank als volgt.
Inzake Sloepdelen B.V.
4. Bij besluit van 30 december 2013 is aan eiseres I een exploitatievergunning verleend voor 20 fluisterboten. Deze vaartuigen vallen in het segment onbemand, hoewel de vaartuigen de maximale afmetingen voor dit segment overschrijden. Bij besluit van 16 februari 2018 is aan eiseres I nog een exploitatievergunning verleend voor 10 fluisterboten. Ook deze vaartuigen vallen in het segment onbemand.
Inzake Adam’s Boats B.V.
5. Bij besluit van 2 december 2014 is aan HvD-Publishing een exploitatievergunning verleend voor de vaartuigen Tuindersvlet 1 tot en met 10. De vaartuigen vallen in het segment onbemand. Bij besluit van 7 februari 2017 is deze exploitatievergunning omgezet op naam van eiseres II.
Passagiersvaart
6.1Eiseressen voeren aan dat verhuur van onbemande, kleine bootjes pleziervaart is en geen passagiersvaart. Daarom moet het buiten het vergunningenbeleid worden gehouden.
6.2De rechtbank is het hier niet mee eens. Onbemande verhuur valt onder de regels voor passagiersvaart. Het wijkt daarmee af van pleziervaartuigen, die niet bedrijfsmatig worden gebruikt. De rechtbank verwijst daarbij naar artikel 2.4.1, eerste lid, en de toelichting bij artikel 1.1.1 van de Verordening op het Binnenwater.
Voorziening gericht op toeristen en noodzakelijkheid
7.1Eiseressen hebben zich op het standpunt gesteld dat het segment ‘onbemand’ niet onder het volumebeleid moet vallen. Vaartuigen in dit segment zijn immers niet automatisch aan te merken als een op bezoekers gerichte voorziening en/of dragen niet in negatieve zin bij aan de door het college ervaren problemen. Kleine onbemande huurboten verdringen immers niet de bewoners van het water, maar zijn juist gericht op bewoners. Ze worden ook veel gebruikt door bewoners en niet door toeristen. Eiseressen stellen zich voorts op het standpunt dat het vergunningenstelsel inclusief het volumebeleid voor onbemande verhuur hoe dan ook verdergaat dan noodzakelijk is voor het bereiken van de door het college daaraan ten grondslag gelegde doelen.
7.2In de uitspraak van 22 februari 2022n
ECLI:NL:RBAMS:2022:563, rechtsoverweging 22.5.
heeft de rechtbank geoordeeld dat het college geen uitzondering hoefde te maken voor het segment ‘onbemand’. Zoals ook in die uitspraak is overwogen heeft het college voldoende aannemelijk gemaakt dat indien het segment ‘onbemand’ wordt uitgezonderd van het volumebeleid, er een grote kans is op het waterbedeffect. Daarbij richten eiseressen zich wel degelijk ook op bezoekers aan de stad. Daar geven hun websites blijk van. Tot slot gaat het volumebeleid niet verder dan strikt noodzakelijk en kan het doel, het verbeteren van de leefbaarheid, niet met andere, minder vergaande, maatregelen bereikt worden.nECLI:NL:RBAMS:2022:563, Gaat het volumebeleid niet verder dan nodig? Zijn er geen andere minder beperkende maatregelen? rechtsoverwegingen 22.1 tot en met 22.8.2.
Evenredigheidsbeginsel
8.1Eiseressen menen dat het onevenredig is dat hun vergunningen worden omgezet naar vergunningen voor bepaalde tijd omdat de vergunningen zien op 20 vaartuigen die afwijken van de maten voor het segment onbemand, zodat deze vaartuigen niet meer in aanmerking komen voor een nieuwe vergunning.
De rechtbank overweegt dat voor alle vaartuigen voor de passagiersvaart geldt dat de bijbehorende vergunning voor onbepaalde tijd moet worden omgezet naar een vergunning voor bepaalde tijd. Het enkele feit dat deze vaartuigen in het verleden, ondanks dat daarvoor niet aan de geldende criteria werd voldaan, in het segment onbemand zijn ingedeeld,
rechtvaardigt niet dat voor deze vaartuigen een blijvende uitzondering wordt gemaakt.
Daarnaast geldt dat eiseressen wel een aanvraag voor een vergunning voor het segment onbemand kunnen indienen en in dat kader kunnen aanvoeren dat een afwijzing onevenredig zal zijn. De rechtbank is daarom van oordeel dat het niet onevenredig is dat deze vergunningen worden omgezet naar vergunningen voor bepaalde tijd.
9. Het beroep is ongegrond.
10. Voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht bestaat geen aanleiding.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.H. Waller, voorzitter, mr. M.F. Ferdinandusse en mr. S.D. Arnold, leden, in aanwezigheid van mr. J.C.E. Krikke en mr. T. van Soldt, griffiers. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 22 februari 2022.
griffier
voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.
BIJLAGE 1 – OVERZICHT ZAAKNUMMERS
21/776 |
[naam 2] |
21/777 |
Arviro b.v. en B.S.V. Amsterdam |
21/778 |
Demi Trading B.V. |
21/779 |
De Rederij c.v. |
21/780 |
[naam 3] |
21/781 |
Flagship Amsterdam V.o.f. |
21/782 |
Indysign B.V. |
21/783 |
Luxe Boten B.V. |
21/784 |
Rederij Mokum B.V. |
21/785 |
Mokumboot B.V. |
21/786 |
Mokumboot B.V. |
21/787 |
Rederij Friendship v.o.f. |
21/788 |
[naam 4] |
21/799 |
R.K. Management Beheer B.V. |
21/790 |
Starboard Boats B.V. |
21/791 |
[naam 5] |
21/792 |
[naam 6] |
21/793 |
[naam 7] |
21/1701 |
Stromma Holland B.V. Stromma Nederland B.V. Canal Bus B.V. Canal Rondvaart B.V. Meijers Rondvaarten B.V. |
21/1502 |
[naam 8] |
21/1699 |
Reederij P. Kooij B.V. Reederij E.E. Plas B.V. Beleggingsmaatschappij P. Kooij B.V. [naam 9] |
21/1767 |
Amsterdam Sloep Huur V.o.f. |
21/845 |
[naam 10] |
21/846 |
[naam 11] |
21/847 |
[naam 12] ) |
21/848 |
[naam 13] |
21/849 |
Sinta B.V. [naam 14] [naam 15] [naam 16] [naam 17] [naam 18] [naam 19] |
21/1695 |
[naam 20] |
21/1642 |
Amsterdam Boat Events B.V. |
21/1643 |
[naam 21] |
21/1644 |
Rederij Amsterdam B.V. Amsterdam Boats B.V. RAAB B.V. |
21/1645 |
[naam 22] Adeline B.V. Salonboot Dame van Amstel B.V. Emmerik & Vellekoop Holding B.V. |
21/1646 |
Rederij Belle B.V. |
21/1647 |
Smidtje Holding B.V. |
21/1648 |
Smidtje Beheer B.V. |
21/1649 |
[naam 23] |
21/1650 |
[naam 24] [naam 25] |
21/1651 |
De Kleijn Amsterdam B.V. CBD |
21/1652 |
[naam 26] |
21/1653 |
De Muze B.V. CBD Holding |
21/1654 |
[naam 27] |
21/1523 |
[naam 28] |
21/1447 |
[naam 29] |
21/1448 |
V.O.F. JoMart |
21/1449 |
[naam 30] |
21/1450 |
[naam 31] |
21/1452 |
Rederij Aemstelland B.V. |
21/1453 |
Paradis Private Boat Tours B.V. |
21/1454 |
Amsterdamse Salonboot Rederij B.V. |
21/1456 |
[naam 32] |
21/1457 |
[naam 33] |
21/1459 |
[naam 34] |
21/1460 |
[naam 35] |
21/1461 |
[naam 36] |
21/1462 |
[naam 37] |
21/1463 |
De Wolfsburght B.V. |
21/1364 |
[naam 38] [naam 39] Rederij Nassau B.V. [naam 40] Amsterdam bootverhuur B.V. [naam 41] |
21/1737 |
[naam 42] Smidtje Exploitatie B.V. New Orange B.V. Rederij Lovers B.V. |
21/1307 |
Boat2Go B.V. |
21/1770 |
Sloepdelen B.V. Adam’s Boats B.V. |
21/1635 |
Boaty B.V. |
BIJLAGE 2 – UITSPRAAK VAN 22 FEBRUARI 2022