Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

ECLI:NL:RBMNE:2024:3851

20 June 2024

Jurisprudentie – Uitspraken

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Civiel recht

kantonrechter

locatie Utrecht

zaaknummer: 10982674 UC EXPL 24-1745 YA/1386

Vonnis van 29 mei 2024

in de zaak van

de besloten vennootschap

[eiseres] B.V.,

gevestigd in [vestigingsplaats] ,

eisende partij,

gemachtigde: E.A.P. van Lith,

tegen:

[gedaagde] ,

wonend in [woonplaats] ,

gedaagde partij,

niet verschenen.

De procedure

1.1.De eisende partij heeft een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij.

1.2.De gedaagde partij heeft niet (tijdig) op de vordering gereageerd en ook geen uitstel gevraagd om op een later moment te mogen reageren. Daarom heeft de kantonrechter verstek verleend tegen de gedaagde partij.

1.3.Daarop volgt nu dit vonnis.

De overwegingen van de kantonrechter

De vordering van de eisende partij betreft het volgende. De gedaagde partij heeft op 16 september 2020 via de webshop www. [.] . [..] zaken gekocht ter waarde van € 30,03

(inclusief verzendkosten, zie productie 3 bij de dagvaarding). Als betaalmethode heeft de gedaagde partij gekozen voor betaling achteraf. Dat wil zeggen dat de gedaagde partij de gekochte goederen achteraf, dus na aankoop, kon betalen. De gedaagde partij heeft dat niet gedaan. De vordering op de gedaagde partij is in verband met de gekozen wijze van betaling achteraf door de webshop verkocht aan Klarna Bank AB (hierna: Klarna), die de vordering vervolgens heeft verkocht aan de eisende partij. De eisende partij vordert nu de koopprijs vermeerderd met rente en buitengerechtelijke incassokosten.

2.2.De gedaagde partij heeft bij de aankoop gekozen voor de aangeboden mogelijkheid van uitstel van betaling. Als gevolg daarvan zijn (ook) de als productie 3 bij de dagvaarding overgelegde algemene voorwaarden van toepassing geworden. Op het voorblad daarvan is het volgende vermeld: “Om gebruik te kunnen maken van Betaal Later moet je ten minste 18 jaar oud zijn – in overeenstemming met artikel 1:234 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek –, in Nederland woonachtig zijn en een wettelijk bindend contract kunnen aangaan.

2.3.De kantonrechter constateert dat de gedaagde partij op het moment waarop de overeenkomst werd gesloten minderjarig was.

2.4.De kantonrechter wenst in verband daarmee van de eisende partij, als rechtsopvolgster van Klarna, te vernemen wat met bovenstaand citaat is beoogd, of maatregelen zijn getroffen (en zo ja, welke) om te waarborgen dat contractspartijen inderdaad ten minste 18 jaar oud zijn, en wat volgens de eisende partij het gevolg moet zijn als desondanks toch overeenkomsten worden gesloten met minderjarigen.

2.5.Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.

De beslissing

De beslissing

De kantonrechter:

verwijst de zaak naar de rolzitting van woensdag 26 juni 2024 om 9.30 uur, waar de eisende partij zich schriftelijk dient uit te laten over wat in 2.2.-2.4. van dit vonnis is overwogen;

houdt iedere verdere beslissing aan.

Dit vonnis is gewezen door mr. O.P. van Tricht, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 29 mei 2024.

Artikel delen