Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

 
Sinds de oudheid organiseren mensen evenementen. Oude beschavingen, zoals de Grieken en Romeinen, organiseerden festivals, sportwedstrijden en religieuze bijeenkomsten als onderdeel van hun sociale en culturele leven. Misschien wel het oudste gedocumenteerde evenement is de Olympische Spelen, die voor het eerst werden gehouden in Olympia, Griekenland, in 776 voor Christus. Evenementen hebben zich sindsdien sterk geëvolueerd en aangepast aan de vele veranderingen op sociaal, cultureel en technologisch gebied. Vandaag de dag zijn evenementen nog steeds een belangrijk onderdeel van de samenleving en variëren ze van festivals en concerten tot conferenties en sportwedstrijden. Jaarlijks worden er in Nederland duizenden evenementen gehouden. Het houden van evenementen is in veel gevallen in de eerste plaats leuk of nuttig, maar het brengt ook risico’s en veiligheidsvraagstukken met zich mee. Dit boek gaat enkel over die risico’s en de veiligheid van evenementen. Want waarom lopen sommige evenementen in de soep? Is zoiets te voorkomen? En valt er eigenlijk nog iets te redden als het eenmaal misgaat? In dit boek geven we antwoord op deze en veel meer vragen. We gaan in op evenementenveiligheid in het algemeen en op drie veiligheidsdomeinen in het bijzonder: evenementenmobiliteit, evenementenbeveiliging en crowd management. We delen per onderdeel de belangrijkste begrippen en concepten, we leggen uit hoe risico’s in beeld gebracht kunnen worden en geven inzicht in verschillende maatregelen en uitdagingen met betrekking tot evenementenveiligheid in het algemeen of de genoemde veiligheidsdomeinen in het bijzonder. Dat doen we op een manier die voor iedereen te begrijpen is, ook als je geen of weinig ervaring hebt met de evenementenpraktijk. De praktische toepasbaarheid is een belangrijk uitgangspunt geweest bij het schrijven van dit boek. Daarom is gekozen voor een opzet die jou als lezer in staat stelt om het hele boek te lezen, je alleen te verdiepen in het onderdeel dat relevant is voor jouw werk/studie of het boek te gebruiken als naslagwerk. Je kan het boek dus lezen op een ‘kies-en-lees’-manier. Het eerste deel begint met een uitleg van wat een evenement is en welke soorten er te onderscheiden zijn. Dit deel gaat verder in op alle regels en veiligheidsdomeinen die relevant zijn voor evenementenveiligheid en wie hier allemaal bij betrokken zijn. Veiligheidsrisico’s is een van de belangrijkste thema’s in dit boek. We leggen uit wat risico’s zijn, hoe je deze risico’s is kaart brengt en hoe je vanuit hier aan de slag kunt met beheersmaatregelen. Het eerste deel gaat tot slot in op de vergunningverlening rondom evenementen en sluit (net als ieder deel) af met een aantal dilemma’s. Het tweede deel gaat in op evenementenmobiliteit. Ieder evenement genereert een bepaalde mate van extra verkeer ten opzichte van de situatie waarbij het evenement niet plaatsvindt. Dit deel geeft handvatten om te kunnen bepalen en/of toetsen hoeveel extra verkeer te verwachten is. Dit is noodzakelijk om vervolgens te kunnen bepalen of bijvoorbeeld de beschikbare wegcapaciteit, de beschikbare parkeerplaatsen en de huidige dienstregeling van het OV toereikend is om het extra verkeersaanbod soepel en veilig af te wikkelen. Of moet er aanvullende capaciteit worden aangewend? In dit deel worden allerlei praktische handvatten aangereikt om het verkeer veilig en soepel af te wikkelen. Welke maatregelen kun je als organisator nemen of als vergunningverlener opleggen? Kun je de verkeersverwachting bijstellen? Hoe worden de belangen van de omgeving meegenomen in dit proces? Dit deel geeft antwoord op bovenstaande vragen en wordt afgesloten met een aantal veel voorkomende dilemma’s uit de evenementenpraktijk. Deel drie gaat over evenementenbeveiliging. Daarin gaan we in op randvoorwaarden, het beveiligingsniveau en de kenmerken van de (evenementen)locatie die beveiligd moet worden. We leggen uit wat beveiligingsrisico’s zijn, hoe je specifiek deze risico’s in beeld kan brengen en hoe getoetst kan worden of de juiste maatregelen zijn genomen. We kijken verder naar wie er bij de evenementenbeveiliging betrokken zijn en specifiek naar de beveiligingsorganisatie. We gaan in op beveiligingsmaatregelen en hoe je daarin keuzes kunt maken. Er is aandacht voor het beveiligingsplan en wat daarin terug moet komen. Het derde deel kijkt tot slot naar alles wat komt kijken bij de uitvoering, zoals de regels waaraan voldaan moet worden, de beveiligingsdoelen, de evenementenbeveiliger en hoe je vaststelt hoeveel beveiligers nodig zijn voor een evenement. Het vierde en laatste deel heeft betrekking op crowd management. Daarin gaan we in op het verschil tussen crowd management en crowd control. Vervolgens kijken we naar de bezoekersaantallen, het bezoekersgedrag en de context waarbinnen deze samenkomen. Daarna is er aandacht voor de capaciteiten van de evenementenlocatie. Net als in het deel over evenementenmobiliteit leggen we hiermee de basis voor een confrontatie tussen verwachtingen en capaciteiten waarmee zichtbaar wordt gemaakt waar maatregelen of aanpassingen nodig zijn. We zetten vervolgens uiteen hoe die maatregelen en aanpassingen uitgevoerd kunnen worden. We sluiten net als bij ieder deel af met dilemma’s. Ieder deel begint met een fictieve casus. De gebeurtenissen in iedere casus zijn volledig verzonnen en niet waargebeurd. Iedere gelijkenis met bestaande evenementen berust op louter toeval.
Bezoekers uit het hele land kwamen voor vermaak. Aan goede bedoelingen ontbrak het niet, toch werd het een nachtmerrie. Door onvoorzien slecht weer, of beter gezegd door de opklaringen daarna, kwamen bezoekers niet volgens verwachting verspreid over de ochtend naar het evenement. Het is tien voor half één ’s middags als er vertraging ontstaat op de wegen rondom de evenementenlocatie. Dat zoveel bezoekers met de auto komen, was niet voorspeld. De bezoekers die alsnog met het openbaar vervoer komen, verschijnen en masse op het station. Iedereen is na de opklaringen vertrokken. Bezoekers komen dus in een kort tijdsbestek aan. Daardoor zijn er onvoldoende pendelbussen. Een deel besluit de zeven kilometer naar de evenementenlocatie te lopen. De meeste wandelaars gebruiken daarvoor de berm, maar regelmatig steekt iemand over en dat hindert het toch al langzaam rijdende verkeer. Hulpdiensten klagen over de bereikbaarheid van het gebied. Wat als er iets ernstigs zou plaatsvinden? Bij de entree van het evenement staat een handjevol evenementenbeveiligers die al veel eerder hadden willen beginnen met het controleren en toelaten van bezoekers. Dat bezoekers zich allemaal tegelijk melden bij de entree, zorgt vrijwel direct voor een wachtrij. De bezoekers zijn ongeduldig. Ze stonden al lang in de file op de weg naar het evenement of ze liepen maar liefst zeven kilometer. Nu willen ze snel naar binnen. Een aantal bezoekers in de rij ontdekt dat een hek naast de wachtrij niet goed vastzit. Ze breken het hek open. Als ze ongecontroleerd het evenement oplopen, staan ze oog in oog met toegesnelde beveiligers. Het komt tot verschillende confrontaties met geweld, vernieling en plundering. Vooral de drankopslag moet het ontgelden. Een horecamedewerker staat er verslagen naar te kijken. Ondertussen is het erg druk bij de lockerkasten die verhuurd worden om persoonlijke bezittingen op te bergen tijdens het evenement. Die staan achter de entree. Iedereen wil zo’n locker en wel nu, maar de capaciteit is onvoldoende om aan de piekvraag te voldoen. Het leek daarom een goed besluit om een ‘nood-garderobe’ in te richten met het systeem van corresponderende nummers; één op de hanger en één voor wie zijn spullen afgeeft. Wanneer een geïmproviseerde kledingroede bezwijkt en jassen op een hoop belanden, gaat het systeem onderuit. Dat belooft veel gedoe aan het eind van het evenement, maar voor nu is het probleem dat er ook een wachtrij ontstaat voor de garderobe. Als die wachtrij de entree bereikt, loopt alles vast. De chaos is compleet. Het had een mooie dag moeten worden.