Met deze uitgave wordt beoogd een praktische handleiding te bieden voor iedereen die bezig is met een omgevingsvisie of van plan is een omgevingsvisie op te (laten) stellen, maar ook voor mensen die vinden dat een omgevingsvisie (ondanks de wettelijke verplichting) niet nodig is. Verder is het boek nuttig voor iedereen die op een of andere manier regelmatig in aanraking komt met omgevingsvisies of visievorming in het algemeen. Het gaat dan om beleidsmakers, bestuurders en adviseurs, maar ook vertegenwoordigers van belangenorganisaties en geïnteresseerde burgers. Omdat een omgevingsvisie om meer gaat dan ruimtelijke ordening alleen, is het boek vooral ook interessant voor mensen die zich bezighouden met die vakgebieden waarvoor de omgevingsvisie nu ook beleid maakt, te weten water, milieu, verkeer en natuur. Verder is dit boek relevant voor de meer sociaal-maatschappelijke sectoren, zoals onderwijs, welzijn en zorg, omdat die ook invloed hebben op (en relaties hebben met) de fysieke leefomgeving.
Er is niet een manier om een omgevingsvisie te maken. Structuurvisies waren maatwerk en omgevingsvisies zullen dat ook zijn. Aan de hand van praktijkvoorbeelden en -ervaringen, waaronder die van de Pilots Omgevingsvisie, Eindrapportage Pilots Omgevingsvisie, “Vertel dit verhaal niet verder. Doe het gewoon!”, Geiske Bouma, Mike Duijn, Marty van de Klundert, namens het consortium BNSP in opdracht van Ministerie van IenM, 4 januari 2016. Eindrapportage Pilots Omgevingsvisie , “In een omgevingsvisie komt alles samen.”, Christine van Eerd, Kris Oosting, Sjors de Vries, Brechtje van Boxmeer, Anne Vermeulen, Jeroen Niemans en Irma Dekker, maart 2018
Weinig van wat wordt aangedragen is echter exacte wetenschap. Het zijn op ervaring gebaseerde overpeinzingen, meningen, ideeën en tips. Als de lezer op basis van deze inzichten tot geheel andere visies komt, maar het wel geholpen heeft die visie te vormen, dan is het doel van dit boek ook bereikt.