Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bijna 6,1 miljard euro aan wegenbelasting in 2021

Het Rijk en de provincies verwachten in 2021 gezamenlijk 6,1 miljard euro aan wegenbelasting te ontvangen. Dat is nagenoeg evenveel als in de ramingen voor 2020. Verwacht wordt dat de inkomsten van het Rijk voor het komende jaar lager en die van provincies hoger uitvallen in vergelijking met de eerste raming over 2020. Dit meldt het CBS op basis van onderzoek van begrotingen van het Rijk en de provincies.

CBS 22 december 2020

Nieuws-persbericht

Nieuws-persbericht

De wegenbelasting (motorrijtuigenbelasting) bestaat uit een rijksdeel en deel bestemd voor de provincies. Het Rijk verwacht komend jaar in totaal 4,4 miljard euro te innen, 0,6 procent minder dan de eerste raming voor 2020. De uitgangswaarden voor de raming 2020 voor de opbrengsten van het Rijk zijn naar beneden bijgesteld. Deze dalen onder andere door een fors negatiever economisch beeld als gevolg van de coronacrisis.

Daarnaast komt er naar verwachting minder binnen doordat gedeeltelijk of volledig elektrische voertuigen geen wegenbelasting hoeven te betalen. Wel houdt het Rijk rekening met een groei van het wagenpark in 2021. Door dit laatste blijft de krimp beperkt.

Stijging inkomsten motorrijtuigenbelasting provincies

In tegenstelling tot het Rijk is bij de opbrengsten voor de provincies wel een stijging zichtbaar het komende jaar. Provincies verwachten komend jaar in totaal 1,7 miljard euro te ontvangen aan motorrijtuigenbelasting, dit is 2,5 procent meer dan een jaar eerder.

De stijging is onder andere te danken aan hogere tarieven. Ook wordt verwacht dat het rijdend wagenpark voor zowel 2020 als het komende jaar een groei laat zien.

Wel remt de toename van het aantal volledig elektrische auto’s deze groei enigszins. Voor provincies is de motorrijtuigenbelasting een belangrijke inkomstenbron, waarvan de opbrengst toevalt aan de algemene middelen. Dit laatste geldt ook voor het Rijk.

Vijf provincies verhogen opcenten motorrijtuigenbelasting

De verschillen per provincie zijn aanzienlijk, omdat provincies zelf het opslagpercentage, het zogenoemde opcententarief, mogen bepalen en ook omdat het aantal auto’s zich niet in elke provincie gelijk ontwikkelt. Vijf van de twaalf provincies, Utrecht, Noord-Brabant, Gelderland, Groningen en Flevoland, verhogen voor 2021 de opcententarieven. Dit verschilt van 0,5 procent in Noord-Brabant tot 2,6 procent in Gelderland. In de laatstgenoemde provincie was het tarief in 2020 tijdelijk verlaagd.

Alle twaalf provincies verwachten hogere opbrengsten voor het komende jaar. In Flevoland is de ontwikkeling het laagst, in de provincie Utrecht is de verwachte groei van de opbrengsten het hoogst.

Groningse autobezitters betalen het meest aan opcenten

Van alle Nederlandse autobezitters betalen die in Groningen in 2021 het meest aan opcenten; omgerekend in euro’s 64,54 op kwartaalbasis. Voor een dieselauto van 1 200 kilogram betaalt de Groningse autobezitter in totaal zo’n 323 euro per kwartaal aan wegenbelasting. In vergelijking met de goedkoopste provincie, Noord-Holland, scheelt dat 17,57 euro. Daar betaalt een autobezitter voor een vergelijkbare auto 46,97 euro per kwartaal aan opcenten en in totaal 305 euro aan wegenbelasting.

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.