De weidevogelstand in Nederland ontwikkelt zich al decennia negatief. De provincies, Boerennatuur.nl, Vogelbescherming Nederland en het ministerie van EZ maken zich daar zorgen over. Als vervolg op een Kamerbrief van staatssecretaris Van Dam hebben Wageningen Environmental Research (Alterra) en SOVON Vogelonderzoek Nederland een scenario-studie naar weidevogels uitgevoerd.
Daaruit blijkt dat zonder intensivering van de huidige inspanningen voor weidevogels de achteruitgang niet zal worden gestopt. Alleen een duidelijke verbetering van zowel inrichting als beheer van de huidige weidevogelgebieden kan leiden tot een duurzame populatie. De landelijke gruttostand telt op dit moment nog zon 32.000 tot 36.000 broedparen. Daarvan broedt slechts 1200 paar in optimale gebieden, met een goede inrichting en een goed beheer. Het overgrote deel van de huidige populatie gruttos is dus niet duurzaam.
De onderzoekers hebben, met het huidige beleid als referentie, drie scenarios met elkaar vergeleken.
Referentie-scenario (0-scenario): het scenario waar we qua populatie-omvang op aankoersen met de huidige inspanningen.
Scenario 1: optimaliseren van het huidige beheer, zonder aanpassingen in inrichting.
Scenario 2: optimalisatie van inrichting en beheer binnen de gebieden die nu voor weidevogels worden beheerd.
Scenario 3: het realiseren van een duurzame grutto-populatie van 40.000 broedpaar gruttos (de omvang die door Vogelbescherming Nederland wordt voorgestaan).
We hebben in beeld is gebracht welke aantallen broedparen we in deze scenarios duurzaam mogen verwachten, zegt projectleider Dick Melman. Ook hebben we gekeken naar de additionele kosten die een optimale inrichting en beheer met zich mee brengen; dus kosten bovenop de huidige uitgaven. Draagvlak bij de agrarische sector en aandacht voor andere maatschappelijke aspecten vallen buiten de scope van onze studie. Bij de scenarios hebben we alleen die gebieden in beschouwing genomen die nu al voor weidevogels worden beheerd. Op basis daarvan mag in beginsel een zeker draagvlak bij agrariërs worden verwacht. Het verschil tussen scenario 2 en 3 is dat in het ene scenario verbetering van beheer en inrichting centraal staat, en in het andere een duurzame populatie van 40.000 broedparen gruttos het doel is. Bij de uitwerking bleken beide scenarios tot een gelijk resultaat en gelijke kosten te leiden.
Uit het onderzoek blijkt dat zonder intensivering van de huidige inspanningen voor weidevogels de achteruitgang zich langjarig zal voortzetten. Verbetering van het beheer is alleen zinvol in gebieden met een goede basiskwaliteit. Binnen agrarisch gebied gaat het hier om zon 5000-12.000 ha. Deze beheerverbetering (scenario 1) zal slechts tot bescheiden aantallen duurzame weidevogels leiden (zie grafiek hieronder). De additionele beheerkosten bedragen bij dit scenario 3 tot 5 miljoen euro per jaar. Om tot echt duurzame populaties te komen zal forser moeten worden geïnvesteerd. Een verbetering van zowel beheer als inrichting (scenario 2 en 3) van de gebieden waar nu al weidevogels worden beheerd kan leiden tot een duurzame gruttopopulatie van meer dan 40.000 broedpaar. De additionele beheerkosten bedragen 12 tot 19 miljoen per jaar en de inrichtingskosten 35 tot 89 miljoen.
Meer informatie over dit onderzoek kunt u krijgen bij Wageningen Environmental Research (Alterra):
Dick Melman, 0
317 485772
of
dick.melman@wur.nl
Klik hier voor
Weidevogelscenarios: mogelijkheden voor aanpak van verbetering van de weidevogelstand in Nederland
De belangrijkste bevindingen op een rij: