De Wet kraken en leegstand is vijf jaar na inwerkingtreding geëvalueerd. Het onderzoek onder 33 gemeenten en officieren van justitie gaat in op het tegengaan van kraken en op de bestrijding van leegstand van niet-woonruimte.
Het tegengaan van kraken is sinds de invoering van het algeheel kraakverbod vooral een zaak van het openbaar ministerie. Handhaving en vervolging zijn eenvoudiger en effectiever geworden door het vervallen van de éénjaarstermijn (kraken was eerst alleen strafbaar in het eerste jaar dat een pand leegstaat).
Mogelijkheden gemeenten
Gemeenten hebben meer mogelijkheden gekregen om leegstand in niet-woonruimte te bestrijden door het vaststellen van een leegstandverordening. Slechts acht van de bevraagde gemeenten hebben voor delen van de gemeente een leegstandverordening vastgesteld en vijf van deze gemeenten maken daadwerkelijk gebruik van het instrumentarium.
In de leegstandverordening kunnen worden opgenomen een meldingsplicht, een leegstandoverleg en een verplichtende voordracht. Met name de leegstandgesprekken worden door gemeenten positief beoordeeld.
Leegstand tegengaan
Toch hebben gemeenten vaak wel beleid om leegstand tegen te gaan. Bijvoorbeeld door:
het compacter maken van het kernwinkelgebied
ruimere mogelijkheden op te nemen in bestemmingsplannen
overleg over oplossingsrichtingen met eigenaren
reductie van het kantoren- of winkelprogramma
Meer informatie
Evaluatie-onderzoek Wet Kraken en Leegstand (Rijksoverheid)