Welstandsvrij, tenzij belanghebbenden en/of het bestuur anders beslissen en toetsing achteraf (via een zogenaamde excessenregeling). Alles op basis van inspraak en samenspraak met bewoners en andere belanghebbenden. Dat zijn de uitgangspunten van het nieuwe Eindhovense Welstandsbeleid.
Welstandsvrij, tenzij belanghebbenden en/of het bestuur anders beslissen en toetsing achteraf (via een zogenaamde excessenregeling). Alles op basis van inspraak en samenspraak met bewoners en andere belanghebbenden. Dat zijn de uitgangspunten van het nieuwe Eindhovense Welstandsbeleid.
Dat heeft het Eindhovense college van burgemeester en wethouders besloten. Het nieuwe beleid gaat pas gelden nadat de gemeenteraad zijn goedkeuring heeft gegeven aan de nieuwe Welstandsnota.
Een belangrijk thema bij het nieuwe beleid is 'omgevingskwaliteit'. Die moet behouden blijven. En dat is een verantwoordelijkheid van bewoners, bedrijven en overheid samen. Zonder vooraf al te veel dwingende regels op te stellen. Daarom wordt een groot deel van de stad welstandsvrij. Daarnaast krijgen bewoners en gebruikers (georganiseerd in belanghebbenden), maar ook aan de gemeente zelf, de mogelijkheid om gebieden een bijzondere status toe te kennen.
Typen welstandsgebieden
Concreet gaat het om drie typen welstandsgebieden:
Welstandsvrij, met dien verstande dat in geval van klachten toetsing achteraf mogelijk is. Een vrijwillige toets van een initiatief vóóraf blijft in elk geval mogelijk.
Keuzegebieden: gebieden waarbij op verzoek van belanghebbenden een vorm van welstand kan blijven gelden. In die gevallen bepalen (coalities van) belanghebbenden (bedrijvencontact, woningbouwcorporaties, winkeliersverenigingen, bewonersverenigingen) de toetsingscriteria. De gemeente ondersteunt hierbij. Dit zouden bijvoorbeeld gebieden als bedrijventerrein Esp, Vonderkwartier, Schutterbosch en de Kruisstraat kunnen zijn.
Gebieden van stedelijk belang. Dit zijn gebieden met een bijzondere waarde: identiteit, representativiteit, bovenstedelijk belang, cultuurhistorische en/of monumentale waarde. De omgevingskwaliteit (dus incl. de openbare ruimte) van deze gebieden is ook van belang voor de gemeente. Het bestuur benoemt deze gebieden en formuleert in samenspraak met belanghebbenden gebiedscriteria. De gebieden variëren in de tijd. Het college denkt hierbij aan het centrumgebied, de hoofdwegenstructuur, gebieden met cultuurhistorische waarde en grote ontwikkelingslocaties zoals Spoorzone (Strijp S en T) en Meerhoven.
Toetsing achteraf
Bij omgevingskwaliteit als een gedeelde verantwoordelijkheid hoort een strategie waarbij uitglijders' kunnen worden teruggedraaid. Initiatiefnemers die handelen in ernstige mate in strijd met redelijke eisen van welstand kunnen via een excessenregeling op hun verantwoordelijkheid worden gewezen. Deze regeling is van toepassing voor de hele stad en is eigenlijk een soort welstandstoets achteraf. In eerste instantie gaat de gemeente proberen om via mediation tussen de melder en de overtreder tot een oplossing te komen.
Minder regels
De hervorming van het welstandsbeleid naar een omgevingsbeleid is al een hele tijd onderwerp van gesprek. Een speciale raadswerkgroep houdt zich bezig met dit onderwerp. En ook partijen als de Henri van Abbestichting en de commissie Ruimtelijke Kwaliteit nemen deel aan de gedachtenvorming over een nieuwe manier van welstandsbeleid. Eindhoven is een van de eerste gemeenten in Nederland die het op deze manier aanpakt. Het nieuwe welstandsbeleid van Eindhoven sluit helemaal aan op het landelijke project Minder regels. Daarin is Eindhoven één van de pilotgemeenten.
Door
Gemeente Eindhoven
Gerelateerde informatie: