Op donderdag 5 december ontving de Tweede Kamer een Sinterklaascadeautje van de staatssecretaris van Openbaar Vervoer en Milieu, Chris Jansen. Het bestond uit een Kamerbrief over de voortgang van de versterking van het VTH-stelsel.
Met deze brief is de Tweede Kamer onder andere op de hoogte gesteld van belangrijke ontwikkelingen omtrent het wetsvoorstel versterking VTH-stelsel. Uit een reeks onderzoeken, de bevindingen van het IBP VTH en oproepen vanuit onder andere de Tweede Kamer blijkt dat met de bestaande bevoegdheden onvoldoende gestuurd kan worden op de kwaliteit van de uitvoering. Met het wetsvoorstel beoogt de staatssecretaris van IenW verantwoordelijkheid te nemen en een stevigere rol te pakken in het VTH-stelsel. Middels de Kamerbrief wordt de Tweede Kamer geïnformeerd over de manier waarop het wetsvoorstel wordt ingericht.
In de Kamerbrief wordt ook de motie van lid Gabriëls behandeld. Deze motie roept op om te onderzoeken of de mogelijkheid om een bestuurlijke boete op te leggen bij illegale lozingen een effectief middel is om strenger op te treden bij zulke lozingen. In de Kamerbrief wordt geconcludeerd dat het opleggen van een bestuurlijke boete geen effectief instrument lijkt te zijn.
In de meerjarenagenda versterking omgevingsveiligheid (MVO) werken de ministeries van IenW en JenV, VNG, IPO, de veiligheidsregio’s en omgevingsdiensten samen aan het versterken en waarborgen van de omgevingsveiligheid in Nederland. De afgelopen jaren heeft de MVO onder andere bijgedragen aan het Register Externe Veiligheid, de uitvoering van Seveso-regelgeving, de kennisinfrastructuur omgevingsveiligheid en diverse innovatie projecten. In de Kamerbrief wordt aangekondigd dat is besloten de MVO voor de periode van 2025-2028 te verlengen.
Tot slot wordt de Tweede Kamer middels de Kamerbrief op de hoogte gesteld van een rapport van de ILT over scherpere vergunningverlening bij uitstoot naar de lucht.
De volledige brief kunt u hier vinden: Voortgangsbrief versterking VTH-stelsel december 2024 | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl
Commissiedebat VTH
Op 10 december jl. vond het commissiedebat Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving plaats in de avond van 16.30-21.30 uur. Dit debat wordt doorgaans tweemaal per jaar ingepland door de commissie van Infrastructuur en Waterstaat. Voor dit overleg waren in totaal negen brieven geagendeerd.
De inhoudelijke onderwerpen varieerden van voortgangsbrieven en beantwoording van Kamervragen over de versterking van het VTH-stelsel, stand van zaken op milieucriminaliteit, jaarverslag van de ILT-IOD, advies over het zaaksysteem Holmes en de stand van zaken rondom moties en ontwikkeling op het gebied van PFAS.
In het debat waren de volgende partijen vertegenwoordigd: Partij voor de Dieren, Groenlinks-Partij van de Arbeid, VVD, NSC, PVV en D66. Samen stelden zij in de eerste termijn maar liefst 58 vragen.
De inhoud van de onderwerpen van de verschillende vragen waaierden flink uiteen. De robuustheid van de omgevingsdiensten is veel aan bod geweest, evenals sanctioneren van milieucriminaliteit, besteding van rijksmiddelen en stelselverantwoordelijkheid, maar ook de acties van de staatssecretaris om burgers te beschermen, PFAS lozingen, zeer zorgwekkende stoffen, beleving van vliegtuiggeluid en gebruik van staalslakken. De gestelde vragen bleven dus niet beperkt tot de geagendeerde onderwerpen.
In het debat merk je dat Kamerleden zich actief inzetten voor de gezondheid van omwonenden. Een stap om tot een gezonde leefomgeving te komen, is middels een verbeterd VTH-stelsel door robuuste omgevingsdiensten. De Kamerleden volgen het robuuster worden van de omgevingsdiensten ook nauwgezet en zien het belang hiervan. Dit was duidelijk te merken aan de vragen die de partijen stelden.
De staatssecretaris heeft alle vragen tijdig kunnen beantwoorden en uiteindelijk zegde hij op een aantal onderwerpen toe om in een brief zaken nader toe te lichten.
U kunt het hele debat hier terugzien.
Een kijkje achter de schermen: wat komt er kijken bij een commissiedebat?
Met 9 onderwerpen op de agenda van het Commissiedebat, is het altijd de vraag welke thema’s er aan bod komen. Het is gebruikelijk om in de voorbereiding van een debat na te denken over mogelijke vragen die Kamerleden gaan stellen. Naast de vragen over VTH rekenden we op vragen over actuele onderwerpen die in het nieuws zijn verschenen. Weken voorafgaand aan het overleg verzamelden we deze artikelen en bereidden ons hierop voor.
Hoe dichter bij het moment van de waarheid, hoe meer onderwerpen er alsnog werden voorbereid. Uiteindelijk zijn er 64 potentiële VTH vragen voorbereid en ook 9 redeneerlijnen
Het helpt in de voorbereiding van een debat als we tijdig weten over welke onderwerpen de Kamerleden vragen gaan stellen. Soms geven de Kamerleden hierover voorafgaand aan het debat al informatie. Omdat het debat is verplaatst, maar we wel al van een aantal partijen wisten waarover zij vragen wilden stellen, hadden we de mogelijkheid om zaken na te zoeken en een meer inhoudelijk antwoord te geven.
Tijdens het debat waren er 18 ambtenaren in de Tweede Kamer, 22 op ons kantoor in de Rijnstraat, volgden 5 het vanuit huis en waren er 7 telefonisch bereikbaar.
Gedurende het debat worden de vragen meegeschreven en gedeeld met de inhoudelijke beleidsmedewerkers. Zij formuleren de antwoorden en steken die in mapjes voor de beantwoording door de staatssecretaris. Het is hard werken om de antwoorden allemaal afgedrukt aan het begin van de schorsing klaar te hebben liggen. Dan neemt de staatssecretaris de antwoorden door met zijn ondersteuning.
In de tweede termijn wordt de staatssecretaris geadviseerd door de twee ambtenaren die naast hem zitten in de Tweede Kamer. Zij staan in contact met hun collega’s en kunnen tijdens de beantwoording zaken toefluisteren.
Hoewel het debat zelf een half uur eerder eindigde, is het werk rond het debat nog niet af. Met de toezeggingen voor VTH kunnen we weer vooruit.
Voortgang Robuuste Omgevingsdiensten
De gesprekken met alle omgevingsdiensten over de beoordeling van hun plannen van aanpak om te komen tot robuuste omgevingsdiensten zijn afgerond. Deze gesprekken volgden op de brieven van de staatssecretaris van 20 september 2024, waarin een inschatting werd gegeven van de haalbaarheid van de ingediende plannen van aanpak. Tussen eind september en begin december hebben we samen met de omgevingsdiensten gekeken naar de voortgang en ontwikkelingen sinds de indiening van de plannen van aanpak.
Wij waarderen de goede gesprekken en de inspanningen van de omgevingsdiensten. De gedeelde inzichten tijdens deze gesprekken tonen aan hoe hard er wordt gewerkt aan de robuustheid van de omgevingsdiensten – een belangrijke pijler in onze gezamenlijke inzet voor een veilige, schone en gezonde leefomgeving.
Planning en Monitoring
Om alle omgevingsdiensten de gelegenheid te geven hun acties en eventuele aanvullingen op de plannen van aanpak mee te nemen, vindt de monitoring plaats op vaste meetmomenten. Hieronder zijn de meetmomenten op een rijtje gezet:
1e rapportage: periode 1 april 2024 – 30 november 2024, aanleveren uiterlijk 30 december 2024
2e rapportage: periode 1 december 2024 – 31 mei 2025, aanleveren uiterlijk 30 juni 2025
3e rapportage: periode 1 juni 2025 – 30 november 2025, aanleveren uiterlijk 30 december 2025
Eindrapportage: uiterlijk 15 april 2026
In januari 2025 analyseert het ministerie van IenW de ingediende rapportages en plannen. Medio februari 2025 zullen de omgevingsdiensten geïnformeerd worden over eventuele aanpassingen in de inschatting van de haalbaarheid. Deze analyse vindt eenmalig plaats zonder de begeleidingscommissie, maar met onafhankelijke procesbegeleiding.
In het commissiedebat op 10 december 2024 heeft de staatssecretaris de huidige stand van zaken rondom de robuustheidscriteria voor omgevingsdiensten toegelicht. De staatssecretaris benadrukte dat het doel – robuuste omgevingsdiensten ter versterking van het VTH-stelsel – vooropstaat. Hij sprak zijn waardering uit voor de stappen die omgevingsdiensten samen met hun opdrachtgevers en eigenaren al hebben gezet. Hoewel de staatssecretaris vertrouwen heeft dat alle omgevingsdiensten uiterlijk per 1 april 2026 aan de robuustheidscriteria kunnen voldoen, gaf hij ook aan dat het huidige tempo niet overal toereikend is. Mocht blijken dat een omgevingsdienst niet zelfstandig robuust kan worden, is een aanvullende maatregel, zoals een samenvoeging met een andere omgevingsdienst, niet uitgesloten. Het ministerie blijft intensief samenwerken met de bevoegde gezagen en ondersteunt waar nodig, met als uiteindelijk doel een veilige, schone en gezonde leefomgeving voor iedereen.
We blijven vertrouwen op een goede samenwerking. Door goed contact en informatie-uitwisseling kunnen we gezamenlijk het proces richting robuuste omgevingsdiensten succesvol voortzetten.
Inspectie Leefomgeving en Transport: onderzoeksrapporten
Coördinatie- en regietaak provincies
De ILT heeft haar vierde onderzoek naar het VTH-stelsel milieu afgerond. Het onderzoek richt zich op de coördinatie- en regietaak van de provincies, zoals opgenomen in de artikelen 18.26 en 18.27 van de Omgevingswet. Het is naar de Tweede Kamer gestuurd met de VTH-voortgangsbrief van 24 oktober jl. De onderzoeksvraag luidde: ‘In hoeverre voldoen alle provincies aan de eisen zoals die in de Omgevingswet zijn opgenomen voor de coördinatie van uitvoering en handhaving en het instellen van een provinciaal handhavingsoverleg?’.
De ILT concludeert dat alle provincies in meer of mindere mate invulling geven aan de coördinatietaak en het provinciaal handhavingsoverleg. Wel blijkt uit de reacties dat de wetsteksten in de Omgevingswet ruim zijn opgesteld, waardoor de provincies de coördinatietaak verschillend invullen. Meer duidelijkheid over de invulling van de coördinatietaak is gewenst, zodat alle provincies er op een meer uniforme en toetsbare wijze invulling aan kunnen geven. Dit draagt vervolgens bij aan een beter functioneren van het VTH-stelsel.
De ILT stelt voor om provincies en het IPO een leidraad te laten opstellen en vraagt meer duidelijkheid vanuit het Rijk over de wetsartikelen. De staatssecretaris heeft in de VTH-voortgangsbrief gezegd dat als een leidraad helpend kan zijn om duidelijkheid te geven over de invulling van de coördinatietaak, dit een mooie stap is.
Download hier het rapport.
Scherper vergunnen
Het ILT-rapport ‘Voor de gezondheid: scherpere vergunningverlening bij uitstoot naar de lucht’ is met de VTH-voortgangsbrief van december naar de Tweede Kamer gestuurd. Voor dit rapport heeft de ILT onderzoek gedaan bij vijf bedrijven die ZZS uitstoten: Chemours, Tata Steel, Smurfit Kappa Parenco en de asfaltcentrales Hoogblokland en Eindhoven. Een inhoudelijke reactie volgt begin 2025.
Lees hier de VTH-voortgangsbrief.