Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Reactie VNG pilot mengvormen winkel/horeca en evaluatie

Op 9 juni 2017 heeft de VNG een brief verstuurd naar staatssecretaris Van Rijn. Samenvattend wordt hierin aandacht gevraagd voor onderstaande punten.

VNG 12 juni 2017

  • Een aantal onderdelen in de DHW zijn niet meer handhaafbaar en de VNG pleit voor aanpassing op deze onderdelen.

  • De pilot 'mengvormen winkel/horeca' is nu in de afrondende fase. Het rapport met aanbevelingen en conclusies zal op 14 september 2017 openbaar worden gemaakt.

  • Gemeenten zijn bereid om medewerking te verlenen aan het opzetten van een algemeen handhavingsprotocol.

De brief:

Naar aanleiding van het onderdeel mengvormen retail/dienstverlening en horeca hebben wij sinds 2015 het ministerie van VWS meegenomen in het proces voor wat betreft de pilot reguleren mengvormen winkel/horeca. De pilot is in de afrondende fase. Het eindrapport met aanbevelingen wordt op 14 september 2017 openbaar. Wij nodigen u van harte uit voor de slotbijeenkomst op 14 september om het rapport met aanbevelingen in ontvangst te nemen.

Op 15 en 22 februari 2017 sprak de Tweede Kamer tijdens een Algemeen Overleg (AO) over de evaluatie van de Drank- en Horecawet (DHW). Naar aanleiding van dit AO stuurde u ons op 10 april jl. een brief met de volgende kernpunten:

- U meldt ons op basis van het gesprek met de Tweede kamer dat mengvormen van retail/dienstverlening en horeca waarbij ook alcohol verstrekt wordt in strijd zijn met de bepalingen in de DHW. U geeft daarbij aan te hechten aan de kaders van de DHW en blijft over de DHW met gemeenten in gesprek.

- In het AO is gesproken over succesvolle lokale voorbeelden van handhaving van de DHW. Kamerleden stelden de vraag of deze wellicht zouden moeten leiden tot een algemeen handhavingsprotocol voor gemeenten. U geeft daarbij aan het aan de VNG te laten of wij belang hechten aan verdere uitwerking van goede voorbeelden tot een handhavingsprotocol. Als dat zo is, dan is het Trimbos Instituut bereid daaraan medewerking te verlenen.

In antwoord op uw brief delen wij u het volgende mee,

a) Evaluatie van de DHW:

Naar aanleiding van de evaluatie van de DHW schetsen wij eerst kort de contouren van de gedachte achter de overheveling van het toezicht op de naleving van de DHW. De achterliggende gedachte komt voort uit de Wet revitalisering generiek toezicht (Wet RGT).

Van specifiek naar generiek is de titel van het rapport van de commissie Oosting die in 2008 tot de conclusie kwam dat het specifieke toezicht zoveel mogelijk moest worden afgeschaft. Het kabinet constateerde in navolging van de commissie Oosting dat Rijk en provincies, met het instrument toezicht in de hand, te vaak over de schouders van de uitvoerende overheid wilde meekijken. Dit leidde tot stroperigheid en onduidelijke verantwoordelijkheden.

Naast het oneigenlijke toezicht was sprake van wantrouwen jegens de medeoverheden, zo stelde het kabinet destijds vast. Als de wetgever taken bij decentrale overheden neerlegt, hanteert hij het uitgangspunt decentraal wat kan, centraal wat moet (citaat uit handboek Wet RGT uit 2012).

Nog een ander (hoofd) argument om het interbestuurlijke toezicht op de schop te nemen was de dualisering. Dualisering heeft immers geleid tot een beter stelsel van interne democratische controle binnen gemeenten met kaderstellende en controlerende taken voor de gemeenteraad.

Wij refereren aan deze kernpunten uit het rapport van de commissie Oosting omdat bij de overheveling van het toezicht op de naleving van de DHW in 2013 naar gemeenten, het afschaffen van het specifieke toezicht vanuit het Rijk en het generieke toezicht door gemeenten een feit is geworden. In 2013 heeft het ministerie van VWS de Tweede Kamer toegezegd met een evaluatie van de DHW te komen. Deze ligt er nu.

Uit de onderzoeken in het kader van de evaluatie komen positieve zaken naar voren. Wij betreuren het echter zeer dat de VNG als belangenvereniging van alle gemeenten nauwelijks is betrokken bij het proces. Wellicht mede daardoor zijn er aantal omissies in de rapportage terecht gekomen, waar wij u graag op wijzen. Zo zijn de cijfers inzake de boetes en waarschuwingen (zie bladzijden 11 en 12) véél te laag. Ook weerspreken wij de stelling over minder steun van de BOAs vanwege lokale belangenverstrengeling stellig.

Graag treedt de VNG in overleg met het ministerie van VWS om de modernisering van de wet samen vorm te geven. Gemeenten willen zich inspannen om de handhaving te verbeteren. Met onze ervaringen komen wij op grond van de nu voorliggende rapportage tot de volgende

10 aandachtspunten:

1. Generiek toezicht.

Wat heeft dit generiek toezicht de gemeenten nu gebracht voor wat betreft de uitvoering van de DHW?

Het decentraliseren van dit toezicht heeft in ieder geval bijgedragen tot een sluitende horecabeleidsketen met een veel effectievere handhaving. Tegelijkertijd ervaren gemeenten dat de DHW onvoldoende beleidsvrijheid biedt om de gemeentelijke rol effectiever aan te pakken. Een zorg voor gemeenten is bijvoorbeeld het gebrek aan controle op de leeftijd en de verkrijgbaarheid van alcohol via internet.

2. Naleving jongeren bemoedigend

Het is goed om uit het verrichte onderzoek naar de naleving van jongeren te beschikken over de landelijke cijfers. Op deze manier kunnen de lokale ervaringen hiermee worden vergeleken. De beschrijving van de methode biedt prima handvatten om een dergelijk onderzoek ook lokaal uit te voeren.

3. Alcoholreclame maakt inzet dweilen met de kraan open

De schreeuwende reclames voor alcohol, de enorme beïnvloeding hiervan op het drinkgedrag (stoer/gezellig) van kwetsbare groepen baart gemeenten zorgen. Een verbod zal als bijdrage worden ervaren in een gezamenlijke aanpak voor het alcoholmisbruik. Anders is het voor gemeenten als dweilen met de kraan open en stimuleert het niet om extra kosten te maken ten behoeve van toezicht en handhaving.

4. Onvoldoende inzet op preventie

Opvallend uit het onderzoek naar het onderdeel preventie is dat preventie alleen genoemd wordt in relatie tot het preventie- en handhavingsplan op basis van de DHW. Preventie is voor gemeenten meer dan alleen een bureaucratische handeling. De inzet van preventieve middelen krijgt in het rapport nauwelijks aandacht. Wat opvalt is dat er een zeer beperkt budget beschikbaar is voor voorlichtingscampagnes en andere vormen van preventie, namelijk 11,1 miljoen. Daar staat een bedrag van 1 miljard aan accijnzen tegenover

5. Opleiding toezichthouders onnodig duur

Horeca is een bijzonder en specifiek vakgebied. Om deze bevoegdheid te behouden is permanente scholing nodig en verplicht gesteld op basis van de DHW. Daar staan gemeenten ook achter. Maar in de opleiding worden wetten zoals de Visserijwet, Vogelwet e.d. opgenomen. Dit is kostbaar en belastend voor gemeentelijke toezichthouders. Onze suggestie is om de gemeentelijke DHW toezichthouders een eigen domein met passende her- en bijscholing te geven en volsta vervolgens met het diploma toezichthoudende DHW.

6. Leeftijdsgrenzen alleen onvoldoende

Gemeenten onderkennen en onderschrijven de noodzaak van een minimum leeftijd voor alcoholverstrekking. Maar er zijn knelpunten in de wet. Een voorbeeld daarvan is de aanpak van de wederverstrekker die een belangrijke rol speelt bij het doorleveren van alcohol aan 18-minners. Deze categorie is nu niet strafbaar. Daarnaast zijn er in de wet op dit gebied andere normstellingen die hun doel voorbijschieten. Over deze zaken treden wij graag met uw ministerie in overleg.

7. Inrichtingseisen achterhaald.

Gemeenten hebben unaniem veel kritiek op de gedetailleerde en achterhaalde bepalingen uit het Besluit eisen inrichtingen Drank- en horecawet. Wij pleiten voor het schrappen van de gedateerde en ingewikkelde inrichtingseisen uit de DHW en stellen voor de aangepaste vereisten in dit kader onder te brengen in het Bouwbesluit bouwwerken leefomgeving.

8. Paracommercie

Veel paracommercie wordt tegenwoordig niet of nauwelijks meer gesubsidieerd. Paracommerciële instellingen werken niet meer uitsluitend met vrijwilligers en vallen ook niet altijd meer onder een fiscaal gunstiger regime. Daarnaast exploiteert de paracommercie ook multifunctionele accommodaties. Bij dit soort accommodaties (vooral buurt- en wijkcentra) zijn vaak sociaal cultureel werk instellingen de vergunninghouder en beheerder van de kantine. Andere gebruikers kunnen tijdens sluitingstijden geen gebruik maken van de ruimte en/of kantine. Wij stellen voor om in de wet mogelijk te maken dat ook andere gebruikers hier terecht kunnen.

9. Toegangsleeftijd slijterij

Een peuter mag niet met zijn moeder van, bijvoorbeeld, 30 jaar een slijterij in. Het kind moet volgens de wet buiten wachten tot moeder haar boodschap heeft gehaald. Een 17 jarige mag zelfs geen alcoholvrije drank in een slijterij aanschaffen als hij niet wordt begeleid door een persoon van 21 jaar. Deze bepaling schiet zijn doel voorbij. Het toezicht op de naleving is bijna nihil. Schrap om genoemde reden de noodzakelijke begeleiding van personen onder de 21 jaar. Er kan hier worden volstaan met het vaststellen van de leeftijd tijdens de transactie.

10. Mengformules

Gemeenten ervaren veel knelpunten bij de uitvoering van de bepalingen die alcoholverstrekking vanuit sociaal economisch oogpunt regelen. Het strikte onderscheid tussen horeca, slijter, en detailhandel werkt verstarrend en sluit niet meer aan bij de maatschappelijke ontwikkeling. De aan dit onderzoek parallel lopende pilot mengvormen winkel/horeca is beëindigd.

Het effectenonderzoek van de ervaringen van het afgelopen jaar wordt nu geschreven.

Op 14 september aanstaande wordt het rapport met conclusies en aanbevelingen openbaar.

Wij verzoeken u met nadruk te wachten op deze conclusies en deze mee te nemen in een aanpassing van de DHW.

b) Handhavingsprotocol

Voor wat betreft onze mogelijk medewerking aan een algemeen handhavingsprotocol delen wij u mee hier zowel bestuurlijk als ambtelijk positief in te staan. Een optie is bijvoorbeeld om bestuurders van de good- practises als ambassadeurs op te laten treden voor wat betreft de handhaving van de DHW in hun eigen gemeente of regio.

Voor een toelichting op deze brief of andere vragen over de DHW zijn wij uiteraard graag bereid tot nader overleg.

Artikel delen