Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Landbouw- en Natuurverkenning: op zoek naar een nieuwe balans tussen landbouw en natuur in 2050

In deze toekomstverkenning voor landbouw en natuur in Nederland laat het PBL aan de hand van twee scenario’s zien wat er nodig is om de doelstellingen voor natuur (VHR), waterkwaliteit (KRW) en klimaat in samenhang te bereiken. Het eerste scenario gaat uit van een maximale inzet van technologie bij zoveel mogelijk behoud van de landbouwproductie. Het tweede scenario gaat uit van een landbouw die natuurinclusief wordt. In beide scenario’s komen de doelen in 2050 binnen bereik. De scenario’s laten wel grote verschillen zien in de rol van de landbouw in Nederland, het type natuur dat profiteert, en de gevolgen voor het landschap.

PBL 16 October 2025

Rapporten

Rapporten

In beide scenario’s ziet Nederland er over 25 jaar veel groener uit. Er zal meer natuur zijn, er zullen veel meer soorten duurzaam voorkomen, en het water zal schoner zijn. In het intensief-technologische scenario behoudt Nederland een groot deel van zijn internationale agropositie  en wordt ingezet op grote, aaneengesloten natuurgebieden en een strikte ruimtelijke ordening. Het natuurinclusieve scenario zet in op extensievere vormen van landbouw, met veel agrarisch natuurbeheer. Dit leidt tot meer ruimte voor recreatie en een breed natuurherstel, ook van soorten die niet Europees beschermd zijn. In dit scenario is meer speelruimte in de ruimtelijke inrichting. In dit scenario zal de omvang van de landbouw grofweg halveren. 

Een historisch grote opgave 

Het binnen bereik brengen van de doelen voor natuur, water en klimaat is een opgave van historische omvang. Voor specifieke belanghebbenden en regio's kunnen deze veranderingen pijnlijk zijn en kan de omvang ervan moeilijk zijn voor te stellen. Dit benadrukt het belang van het zoeken naar maatschappelijk aanvaardbare keuzes. De scenario’s zijn gericht op 2050, een tijdsbestek dat, gezien investeringstermijnen en natuurlijk verloop in de landbouw, ruimte biedt voor het zoeken naar maatschappelijk breed gedragen oplossingen. De scenario’s kunnen worden gezien als twee hoekpunten waarbinnen gezocht kan worden naar een compromis waarbij elementen uit de twee scenario’s kunnen worden gecombineerd.

In het intensief-technologische scenario wordt er 150.000 ha extra natuurgebied gecreëerd bovenop wat in het bestaande beleid is voorzien. Dit omvat zo’n tien procent van het huidige agrarische areaal. Daarnaast wordt 100.000 ha landbouw sterk geëxtensiveerd in 2000 meter brede overgangszones tussen landbouw en natuur. In het natuurinclusieve scenario komt er 100.000 ha natuurgebied bij boven op bestaand beleid. Zo’n 650.000 ha landbouwgrond wordt geëxtensiveerd en overgangszones zijn in dit scenario 500 meter breed.  

Beide scenario’s laten zien dat op grote schaal anders zal moeten worden omgegaan met grond. Dat omvat hoofdzakelijk het omzetten van landbouwgrond naar natuur, en de extensivering van landbouw. Dit zijn voorwaarden om de doelen voor natuur en waterkwaliteit binnen bereik te kunnen brengen. Daarnaast zouden, met de huidige stand van de techniek, niet de stikstofemissies, maar de broeikasgasemissies de meest beperkende factor kunnen gaan worden voor de omvang van de melkveehouderij. Dit betekent dat het nog politiek vast te stellen klimaatdoel voor de landbouw van groot belang gaat zijn voor de uiteindelijk omvang van de melkveehouderij. Hoe dan ook vraagt de opgave om een enorme vergroting van de uitvoeringscapaciteit bij de overheid, terwijl deze de afgelopen 25 jaar juist sterk is afgebouwd. 

Staatscommissie voor landbouw, natuur en leefomgeving

Het complexe vraagstuk van landbouw en natuur heeft nog niet geleid tot een breed gedragen toekomstbestendige koers. De technische complexiteit van het vraagstuk, het huidige gepolitiseerde karakter van landbouw en natuur, en de vele deelbelangen maken dit begrijpelijk. Dit maakt dat het PBL zich afvraagt of deze koersbepaling niet zou moeten worden voorbereid door een Staatscommissie voor landbouw, natuur en leefomgeving. Staatscommissies zijn vaak geworteld in de nationale politiek, de wetenschap en de praktijk en zijn in het verleden in staat geweest om gedragen en uitvoerbare oplossingen te adviseren over maatschappelijk complexe onderwerpen.

Download hier het rapport

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.