Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bij met toepassing van art. 4:84 Awb afwijken van beleidsregels hoeven niet alle belanghebbenden te worden gehoord + mag ook ambtshalve worden toegepas

Bij besluit van 29 juli 2021 heeft het college aan [belanghebbende] een omgevingsvergunning verleend voor het veranderen van een berging in een atelier en berging op het perceel [locatie A] in Wassenaar (hierna: het perceel).

30 April 2025

Jurisprudentie – Samenvattingen

[appellant A] en [appellant B] betogen dat de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat het college op grond van art. 4:84, lid 2 Awb heeft kunnen afwijken van art. 8, lid 2, onder g, onder 2, van de planregels, om onevenredig nadeel wegens bijzondere omstandigheden te voorkomen. Daarnaast kan art. 4:84 Awb niet ambtshalve worden toegepast, maar alleen wanneer een belanghebbende daarom verzoekt.  Zij voeren verder aan dat voor zover art. 4:84 Awb wel ambtshalve mag worden toegepast, dit enkel mogelijk is na het horen van alle belanghebbenden en het afwegen van hun belangen. Nu zij niet door het college zijn gehoord, was toepassing van art. 4:84 Awb daarom niet mogelijk.

Het college heeft beleidsregels opgesteld waarin is bepaald in welke gevallen een omgevingsvergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 4 van bijlage II Bor. Van die beleidsregels is het college met toepassing van art. 4:84 Awb afgeweken.

Voor zover [appellant A] en [appellant B] stellen dat deze afwijking van de beheersverordening niet is aangevraagd en de rechtbank ten onrechte niet heeft onderkend dat deze dus niet ambtshalve door het college mag worden verleend, volgt de Afdeling dit niet. De Afdeling wijst er in dit verband dat het college op grond van lid 2 van art. 2.10 Wabo een aanvraag voor een bouwplan dat in strijd is met een beheersverordening ook moet aanmerken als een aanvraag om een vergunning voor de activiteit afwijken van die beheersverordening.

Voor zover [appellant A] en [appellant B] betogen dat art. 4:84 Awb alleen op verzoek van een belanghebbende mag worden toegepast of, voor zover art. 4:84 Awb wel ambtshalve mag worden toegepast, dit enkel mogelijk is na het horen van alle belanghebbenden bij het besluit, overweegt de Afdeling als volgt. Een bestuursorgaan dient bij de toepassing van het beleid, gelet op art. 4:84 Awb, de evenredigheid in het concrete geval te beoordelen en heeft de verplichting om te beoordelen of sprake is van bijzondere omstandigheden die dwingen tot afwijking van de beleidsregel. Een bestuursorgaan is bij toepassing van art. 4:84 Awb niet gehouden om ambtshalve alle belanghebbenden bij het besluit daarover te horen.

De Afdeling concludeert dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat het college op grond van art. 4:84, lid 2 Awb heeft kunnen afwijken van de beleidsregels om onevenredig nadeel voor [belanghebbende] wegens bijzondere omstandigheden te voorkomen.

Artikel delen