Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Deelname aan landelijk wietexperiment vrijwaart niet tegen handhavend optreden wegens overtreding regels Omgevingswet

Uit de uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam van 14 februari 2025 (ECLI:NL:RBROT:2025:1816) volgt dat telers die onder het regime van de Wet experiment gesloten coffeeshopketen hennep en hasjiesj voor recreatief gebruik produceren ook onderworpen zijn aan andere reguliere regelgeving, waaronder de Omgevingswet. Aanleiding voor dit oordeel waren klachten van omwonenden over de geuroverlast die zij ervaren vanwege de teelt van cannabis in een nabijgelegen glastuinbouwcomplex.

25 februari 2025

Samenvatting

Samenvatting

Om aan die klachten tegemoet te komen, heeft het college aan de betreffende teler een last onder dwangsom opgelegd wegens een (gestelde) overtreding van de in art. 2.11 Bal neergelegde zorgplicht. De teler verweert zich onder meer met de stelling dat het college niet bevoegd was de regels van de Omgevingswet jegens hem te handhaven: de regels rondom het experiment met een gesloten coffeeshopketen zouden daarvoor geen ruimte bieden. De voorzieningenrechter gaat niet mee in dit betoog en beredeneert dat, waar de Wet experiment gesloten coffeeshopketen tot doel heeft te onderzoeken of en hoe hennep en hasjiesj gedecriminaliseerd aan coffeeshops kunnen worden geleverd en wat de effecten daarvan zijn, de Omgevingswet een veilige en gezonde leefomgeving nastreeft. Naar het oordeel van de voorzieningenrechter betekent dit dat de teler niet alleen moet voldoen aan de specifieke eisen en regels van het experiment (waarop de Inspectie Justitie en Veiligheid en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit namens de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en  en Justitie en Veiligheid toezicht houden), maar ook aan de door het college te handhaven regels van de Omgevingswet met betrekking tot geuroverlast. 

Artikel delen