Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Een last onder dwangsom (of bestuursdwang) impliceert de toestemming tot het uitvoeren ervan: geen omgevingsvergunning vereist

In de uitspraak van de rechtbank Limburg van 11 maart 2025 heeft de bestuursrechter nog eens duidelijk gemaakt dat werkzaamheden die op basis van een last onder dwangsom of bestuursdwang moeten worden uitgevoerd niet vergunningplichtig zijn. De last impliceert namelijk de toestemming voor het uitvoeren daarvan.

1 april 2025


In casu had het college van b&w van Landgraaf aan een eigenaar van een perceel (eiseres) een last onder dwangsom opgelegd vanwege overtreding van de Woningwet en het Bouwbesluit 2012. De last had betrekking op een uitgebrande schuur op het perceel. Na de brand heeft het college geconstateerd dat herstelwerkzaamheden moeten worden uitgevoerd om de schuur te herbouwen en in overeenstemming te brengen met de regels van het Bouwbesluit. Daarnaast heeft de gemeentelijke constructeur daarbij vastgesteld dat sprake is van een gevaarlijke situatie omdat o.a. de kopgevels gemakkelijk kunnen omwaaien.

Eiseres werd in de last onder dwangsom gelast om binnen zes weken de overtreding van de genoemde bepalingen te beëindigen en beëindigd te houden door:

a. de schuur in deugdelijke staat te herstellen, 𝘯𝘢𝘥𝘢𝘵 𝘥𝘢𝘢𝘳𝘷𝘰𝘰𝘳 𝘦𝘦𝘯 𝘰𝘮𝘨𝘦𝘷𝘪𝘯𝘨𝘴𝘷𝘦𝘳𝘨𝘶𝘯𝘯𝘪𝘯𝘨 𝘪𝘴 𝘢𝘢𝘯𝘨𝘦𝘷𝘳𝘢𝘢𝘨𝘥;
b. of de schuur af te breken tot minimaal aan de fundering.

In beroep stelt eiseres dat het college in de last ten onrechte heeft opgenomen dat voor het herstellen van de schuur in deugdelijke staat een omgevingsvergunning is vereist. Voor het voldoen aan een last hoeft zij niet te beschikken over een omgevingsvergunning nu de last de toestemming voor het uitvoeren ervan impliceert.

De rechtbank stelt voorop dat het formele rechtszekerheidsbeginsel meebrengt dat besluiten duidelijk moeten zijn geformuleerd door het bestuursorgaan en niet voor verschillende uitleg vatbaar zijn. Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit onderdeel a van last 2 duidelijk dat eiseres is gewezen op het feit dat zij voor herbouw een omgevingsvergunning moest aanvragen. Daarin is immers uitdrukkelijk opgenomen dat aan de last kan worden voldaan door de schuur in de oude staat te herstellen, maar dat daarvoor eerst een omgevingsvergunning moet worden aangevraagd. Verweerder heeft daarover ter zitting erkend dit ten onrechte in de last is opgenomen, nu de last de toestemming voor het uitvoeren ervan reeds impliceert. De rechtbank concludeert dan ook dat verweerder ten onrechte in de last heeft opgenomen dat een omgevingsvergunning was vereist om dat onderdeel van last 2 uit te voeren. Gelet hierop moet worden geoordeeld dat de opgelegde last onder dwangsom op dit punt in strijd is met het formele rechtszekerheidsbeginsel. Deze beroepsgrond slaagt.

Echter, dit helpt eiseres helaas niet. De rechtbank ziet namelijk aanleiding om dit gebrek in het besluit te passeren nu aannemelijk is dat eiseres door dit gebrek niet is benadeeld. Dit gebrek voor het onderdeel van de last over herbouw, maakt namelijk niet dat last 2 in zijn geheel voor eiseres onuitvoerbaar was. Eiseres kon namelijk óók aan last 2 voldoen door de schuur te slopen tot aan de fundering (onderdeel b van de last). Voor dit onderdeel geldt de toevoeging dat eiseres een omgevingsvergunning nodig had niet en eiseres heeft ook geen concrete omstandigheden aangevoerd die maken dat uitvoering van de last door middel van sloop niet uitvoerbaar was. Gelet hierop, vormt het gebrek geen aanleiding voor vernietiging van het bestreden besluit en gegrondverklaring van het beroep.

Artikel delen