Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Geen excessief formalisme bij invordering verbeurde dwangsom

In de conclusie van Staatsraad Advocaat-Generaal Wattel (4 april 2018, ECLI:NL:RVS:2018:1152) is excessief formalisme een van de bijzondere omstandigheden om af te zien van invordering, dan wel matiging van een verbeurde dwangsom.

11 december 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen

In de uitspraak 11 december 2024, ECLI:NL:RVS:2024:5126 werd getoetst of er in een casus sprake was van dergelijk excessief formalisme.

Alleen het feit dat GEM niet-verwijtbaar zou hebben gehandeld en de werkzaamheden zou hebben uitgevoerd als ware een ontheffing verleend, is onvoldoende om te oordelen dat het college excessief formeel is geweest door een verbeurde dwangsom in te vorderen. Het college heeft zich niet op een procedureel punt excessief formeel opgesteld, maar een van rechtswege verbeurde dwangsom ingevorderd na een overtreding van die last te hebben geconstateerd.

Wat betreft het betoog over de geringe oppervlakte waarop de overtreding heeft plaatsgevonden in relatie tot het grotere project, kan de Afdeling zich in dit geval vinden in het standpunt van het college dat de geringe oppervlakte er niet aan in de weg staat dat er voordeel kan zijn behaald door GEM. Daarbij heeft het college van belang kunnen achten dat de heikikker en rugstreeppad Europeesrechtelijk beschermde soorten zijn. Het betoog slaagt niet.

Artikel delen