Het college van Duiven heeft een verzoek om handhaving tegen verkeersgeluid rond de woningen afkomstig van een weg in beheer van de gemeente afgewezen. Eisers betogen dat het college verplicht is maatregelen te nemen omdat de geluidsbelasting op hun woningen te hoog is én het college dus maatregelen had moeten nemen.
De rechtbank oordeelt dat geen sprake is van een overtreding: in paragraaf 3.5 Bkl is geen maximale geluidbelasting voor bestaande woningen opgenomen. Pas bij een belasting van meer dan 70 L(den) komt een bestaande woning in aanmerking voor sanering. De geluidsbelasting bedraagt nu 63 dB. Artikel 2.16 Ow biedt evenmin grondslag voor handhaving, omdat dit artikel alleen de verdeling van gemeentelijke taken regelt.
De rechtbank komt, gezien de omvang van het handhavingsverzoek, niet toe aan toetsing aan artikel 8 EVRM.
Het college heeft dus terecht geen maatregelen genomen. Wel zal het college in 2026 de basisgeluidemissie van de weg vastleggen in het geluidregister. Na vastlegging moet het college de ontwikkeling van het geluid monitoren en bij een toename van 1,5 dB overwegen om maatregelen te nemen. Rechtbank Gelderland 27 oktober 2025, ECLI:NL:RBGEL:2025:8975
