De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 16 juli 2025 een uitspraak gedaan over parkeerbeleid bij vergunningverlening binnen een historische vestingkern. De zaak draaide om een omgevingsvergunning voor de verbouwing van een pand aan de Sint Annastraat 3 in Naarden tot een restaurant met vier appartementen. De vergunning werd aanvankelijk verleend, maar stuitte op verzet van omwonenden vanwege zorgen over de parkeerdruk in de directe omgeving.

Centrale vraag in deze zaak: voldeed het bouwplan wel aan de parkeereisen zoals opgenomen in het bestemmingsplan en het gemeentelijke parkeerbeleid? Volgens artikel 4.1, onder a en b, van de regels van het bestemmingsplan "Paraplubestemmingsplan parkeren Gooise Meren" moet worden beoordeeld of er voldoende parkeergelegenheid is, op basis van het geldende parkeerbeleid.
Ten tijde van het besluit op bezwaar (mei 2021) gold een loopafstandsnorm van 100 meter. Omdat op en nabij het perceel niet genoeg parkeerruimte beschikbaar was, kon een beroep worden gedaan op de openbare ruimte — mits uit onderzoek zou blijken dat de parkeerdruk in die omgeving op het maatgevende moment onder de 85% zou blijven. Dat onderzoek was toen niet gedaan. De rechtbank heeft het college in de gelegenheid gesteld om het motiveringsgebrek te herstellen. Lang verhaal kort heeft het college volgens de rechtbank het geconstateerde gebrek niet hersteld en daarom kon de omgevingsvergunning niet in stand blijven.
Volgens de Afdeling was sprake van een gebrek dat in dit geval in een nieuw besluit op bezwaar hersteld kon worden. Er bestond dan ook geen grond voor de rechtbank om het besluit van 13 oktober 2020, waarbij de omgevingsvergunning is verleend, te herroepen. De rechtbank had moeten volstaan met de vernietiging van het besluit op bezwaar, zodat het college na een volledige heroverweging op grond van 7:11 van de Awb een nieuw besluit op bezwaar had kunnen nemen.
In 2023 besloot het college het parkeerbeleid te wijzigen: de maximale loopafstand werd verhoogd van 100 naar 300 meter. Hierdoor kon onder meer een parkeerterrein op 200 meter afstand worden meegeteld. Op basis van tellingen in december 2022 stelde het college vast dat de gemiddelde parkeerdruk 85,47% bedroeg. Die werd vervolgens naar creatief beneden afgerond tot 85%, waarmee — aldus het college — werd voldaan aan de norm. De Afdeling steekt daar een stokje voor. Het gewijzigde beleid stelt dat de parkeerdruk onder de 85% moet blijven. Afronden naar beneden om nét binnen de norm te blijven mag dus niet. Het besluit van 7 juni 2023 is dan ook vernietigd.
Het college moet opnieuw beslissen op bezwaar, waarbij het eerdere besluit uit 2020 herleeft. Tegen dat nieuwe besluit kan alleen beroep worden ingesteld bij de Afdeling.