Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

PAS-vergunning: nieuw besluit vereist

In deze zaak, die speelt bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling), draait het om een geschil over een stikstofvergunning (ook wel “PAS-vergunning”) die door de provincie Utrecht is verleend aan een stikstof uitstotend bedrijf.

Jur Vinkenborg 29 October 2025

Jurisprudentie – Samenvattingen

Twee milieuorganisaties (Mobilisation for the Environment –MOB- en vereniging Leefmilieu) hebben het provinciebestuur verzocht om deze vergunning in te trekken, omdat de activiteiten van het bedrijf stikstof uitstoten op het nabijgelegen Natura 2000-gebied Oostelijke Vechtplassen.

Vast staat dat het bedrijf stikstofdepositie op dat natuurgebied veroorzaakt. Omdat de natuur daar al zwaar belast is, is een daling van stikstof noodzakelijk om verdere schade te voorkomen. Daarom moet de provincie kunnen aantonen dat de maatregelen die worden genomen zorgen voor die stikstofdaling binnen afzienbare tijd.

Een belangrijk onderwerp in deze zaak is het Programma Aanpak Stikstof (PAS). Het PAS was jarenlang het systeem waarmee overheden stikstofruimte konden toedelen aan projecten, maar het werd in 2019 door de Raad van State onverbindend verklaard.

De rechtbank vond dat dit besluit met terugwerkende kracht werkte. Dit zou betekenen dat alle vergunningen die ooit op basis van het PAS zijn verleend, automatisch ongeldig worden. De Afdeling was het daar niet mee eens. Zij oordeelde dat de vergunning niet ongeldig is vanwege de terugwerkende kracht van het PAS, maar omdat het van meet af aan in strijd met de wet is verleend. De reden: een vergunning die verwijst naar de ondeugdelijke passende beoordeling van het PAS voldoet niet aan de Europese eisen. Daarmee kan niet met zekerheid worden vastgesteld dat de natuur niet wordt aangetast.

De zaak had nog een klein financieel staartje: Omdat de procedure, mede door de lange wachttijd bij de Raad van State, te lang heeft geduurd, moet de Staat een schadevergoeding van €2.000,- betalen aan de betrokken partijen wegens overschrijding van de redelijke termijn.

Artikel delen