Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Rechtbank bevestigt: instrument bouwstop niet meer als zelfstandige rechtsfiguur opgenomen in de Omgevingswet

Op 19 augustus 2024 heeft een controle plaatsgevonden op het perceel van verzoeker aan [adres] te [plaats 2] . Een toezichthouder heeft geconstateerd dat verzoeker de bouwwerkzaamheden aan de nieuwe schuur ondanks de intrekking van de omgevingsvergunning heeft voortgezet. Deze toezichthouder heeft vervolgens namens het college aan verzoeker een mondelinge bouwstop opgelegd. Ook is verzoeker medegedeeld dat ter naleving van de bouwstop aan die bouwstop een dwangsom van € 10.000,- per overtreding, per kalenderdag, met een maximum van € 50.000,- is verbonden. De mondelinge zienswijze van verzoeker is meegenomen bij het opleggen van de bouwstop en de daaraan gekoppelde last onder dwangsom. Bij bestreden besluit van 22 augustus 2024 (bestreden besluit II) heeft het college de opgelegde bouwstop met de daaraan gekoppelde last onder dwangsom schriftelijk bevestigd.

6 september 2024

Jurisprudentie – Samenvattingen



Het college heeft er voor gekozen om – zo blijkt uit het controlerapport van 19 augustus 2024 – een mondelinge bouwstop op te leggen. Anders dan de Wabo kent de Ow niet (langer) de mogelijkheid tot het opleggen van een bouwstop. Uit de memorie van toelichting (zie pagina 244 van de Memorie van Toelichting (Tweede Kamer, vergaderjaar 2013-2014, 33 963, nr. 3) volgt dat de wetgever de bevoegdheid tot het opleggen van een bouwstop bij nader inzien als overbodig beschouwt. Artikel 5:2 Awb definieert een bestuurlijke sanctie zo ruim, dat daaronder ook het treffen van beheersmaatregelen (het wegnemen of beperken van de gevolgen van een overtreding) valt.

De voorzieningenrechter stelt vast dat het college ter zitting heeft erkend dat de bevoegdheid tot het opleggen van een bouwstop niet meer is opgenomen in de Ow. Ter zitting heeft het college toegelicht dat de bouwstop dient te worden gezien als een last onder dwangsom. Uit het controlerapport van 19 augustus 2024 maakt de voorzieningenrechter op dat de last onder dwangsom mondeling is opgelegd met ingang van 19 augustus 2024. Een last onder dwangsom kan echter niet mondeling worden opgelegd (ECLI:NL:RVS:2014:3698). Het college heeft ter zitting gewezen op de schriftelijke bevestiging van de last onder dwangsom op 22 augustus 2024 (bestreden besluit II). Dit betekent dat de last onder dwangsom pas is ingegaan op 22 augustus 2024.

Zie voor meer info over de bouwstop en de Omgevingswet mijn artikel hieromtrent.

Artikel delen