Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Succesvol opkomen tegen welstandsadvies

Op 16 april 2020 verleende het college van de gemeente Aa en Hunze een omgevingsvergunning ter legalisering van een dakopbouw op een twee-onder-een-kapwoning. De eigenaar van de andere woning kon zich hiermee niet verenigen en stelde bezwaar, beroep en hoger beroep in. Bij de Afdeling spitste de discussie zich met name toe op de vraag of de dakopbouw in strijd was met de redelijke eisen van welstand. Naar aanleiding van het welstandsadvies had appellant een second opinion van Het Oversticht overgelegd. Het Oversticht is een stichting die zich inzet voor behoud en verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving in Overijssel en in die hoedanigheid welstands- en monumentenadviezen geeft. Naar aanleiding van deze second opinion had het college de welstandscommissie opnieuw om advies gevraagd. Onder verwijzing naar dat laatste advies had het college de beslissing op bezwaar – na vernietiging door de rechtbank – met een verbeterde motivering in stand gelaten.

16 July 2025

Over het algemeen is het zeer lastig om met succes tegen een welstandsadvies op te komen. Dat houdt verband met de vaste rechtspraak dat het college een welstandsadvies in beginsel zonder nadere motivering mag overnemen, tenzij een contra-expertise wordt overgelegd of concrete aanknopingspunten voor twijfel aan het advies naar voren worden gebracht.

In deze zaak was de dakopbouw getoetst aan de criteria uit de Welstandsnota. Eén van die criteria is dat het bouwblok herkenbaar moet blijven. Appellant stelde dat het bouwblok door de dakopbouw aan de achterzijde dusdanig werd aangetast dat dit aan die zijde niet meer herkenbaar was. Het college stelde dat slechts een ondergeschikt deel van de dakopbouw vanaf de straatzijde zichtbaar was en dat de achterzijde minder zwaar zou moeten meewegen in de beoordeling.

In beroep tegen de nieuwe beslissing op bezwaar was de rechtbank akkoord gegaan met de aanvullende motivering, maar de Afdeling deelt dat oordeel niet. Zij overweegt dat zij een onderscheid tussen de beoordeling aan de voor- en de achterzijde niet terugleest in de Welstandsnota. Nu de beide welstandsadviezen daar wel vanuit gaan, is onvoldoende gemotiveerd dat het bouwwerk niet in strijd is met de redelijke eisen van welstand.

Uit deze uitspraak blijkt dat het wel degelijk mogelijk is succesvol tegen een welstandsadvies op te komen, mits concrete aanknopingspunten voor twijfel naar voren worden gebracht, bijvoorbeeld in relatie tot de specifieke criteria uit de Welstandsnota. De enkele stelling dat het gebouw niet mooi is, zal nooit voldoende zijn. Ongetwijfeld heeft de second opinion van Het Oversticht bij deze zaak ook een belangrijke rol gespeeld.