Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Uitspraak relatie APV en Omgevingswet

Deze uitspraak gaat over de aan de Tennis Club Uitgeest (TCU) verleende ontheffing om de kantine van de vereniging om 24:00 uur te sluiten in plaats van om 23:00 uur. Eisers zijn het met de ontheffing niet eens. In het besluit van 4 april 2024 staat dat de burgemeester de aanvraag heeft getoetst aan de APV en aan de Horecanota Uitgeest 2023 (hierna: de Horecanota).

11 December 2025

Jurisprudentie – Samenvattingen

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Als gevolg van de inwerkingtreding van de Omgevingswet zijn veel wetten en verordeningen die regels stellen die zien op de fysieke leefomgeving vervallen omdat deze regels – zoals verplicht gesteld in artikel 2.1, eerste lid, Omgevingsbesluit – zijn opgenomen in het omgevingsplan. Genoemd artikellid uit het Omgevingsbesluit luidt als volgt: "Onverminderd het tweede lid worden in ieder geval regels over activiteiten die onderdelen van de fysieke leefomgeving wijzigen als bedoeld in artikel 1.2, derde lid, onder a, van de wet alleen in het omgevingsplan opgenomen."

Een APV is een gemeentelijke verordening die regels bevat die de fysieke leefomgeving betreffen, maar ook regels die daarop niet (direct) zien. In artikel 2.1, tweede lid, aanhef en onder c, Omgevingsbesluit is bepaald dat regels als bedoeld in artikel 174, derde lid, Gemeentewet in ieder geval niet worden opgenomen in het omgevingsplan.

Artikel 174, derde lid, Gemeentewet bepaalt dat de burgemeester belast is met de uitvoering van verordeningen die betrekking hebben op ‘het toezicht op de openbare samenkomsten en vermakelijkheden alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven. De regels opgenomen in hoofdstuk 2, afdeling 4 ‘toezicht op openbare inrichtingen’ van de APV zijn op die bevoegdheid gebaseerd.

Omdat de regels over openingstijden in ieder geval ten dele zijn gesteld met het oog op het woon- en leefklimaat, is er wel ruimte om deze regels in een omgevingsvergunning voor een bedrijf of in een omgevingsplan op te nemen.

Daarop ziet de voorrangsregel die is opgenomen in artikel 2:29, zesde lid, APV (dat artikel luidt als volgt: het eerste en het derde lid zijn niet van toepassing op situaties waarin bij of krachtens de Omgevingswet is voorzien).

Van een situatie waarin bij of krachtens de Omgevingswet is voorzien (opname in het omgevingsplan of een omgevingsvergunning) is hier evenwel geen sprake. Daarom vormt de APV hier het toetsingskader.

Artikel delen