Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Verkeersbesluit is onder omstandigheden een omgevingsrechtelijk besluit, zodat belanghebbenden die daartegen opkomen niet kan worden verweten geen voorafgaande zienswijze te hebben ingediend

De Rechtbank Oost-Brabant oordeelt in zijn uitspraak van 27 mei 2025 (ECLI:NL:RBOBR:2025:2983) dat het beroep dat drie eisers hebben ingesteld tegen het verkeersbesluit ontvankelijk is, omdat dit besluit moet worden beschouwd als een omgevingsrechtelijk besluit dat eisers rechtstreeks in hun bewonersbelang raakt.

5 June 2025

Jurisprudentie – Samenvattingen

Aanleiding voor dit oordeel was een geschil over het collegebesluit tot het per 1 januari 2025 instellen van een nul-emissiezone voor bedrijfs- en vrachtauto’s. Dat verkeersbesluit was met de uniforme openbare voorbereidingsprocedure voorbereid, zodat daartegen rechtstreeks beroep openstond bij de rechtbank. In geschil is onder meer of drie eisers als belanghebbenden bij het verkeersbesluit kunnen worden aangemerkt. De rechtbank overweegt dat het voorliggende verkeersbesluit ziet op het al dan niet toestaan van activiteiten die een aanzienlijk effect kunnen hebben op het milieu. Het verkeersbesluit bepaalt immers dat binnen de daartoe aangewezen zone nog uitsluitend emissieloze bedrijfs- en vrachtauto’s zijn toegestaan. Uit de Afdelingsuitspraak van 13 juli 2022 (ECLI:NL:RVS:2022:1981) volgt dat een besluit op grond van de Wegenverkeerswet onder omstandigheden als een omgevingsrechtelijke zaak kan worden beschouwd. Volgens de rechtbank kwalificeert het verkeersbesluit in dit geval als een omgevingsrechtelijk besluit. Het gevolg daarvan is dat aan belanghebbenden niet worden tegengeworpen dat zij geen zienswijze over het ontwerpbesluit hebben ingediend. Voor niet-belanghebbenden geldt dat zij ook beroep kunnen instellen tegen omgevingsrechtelijke besluiten, als zij een zienswijze naar voren hebben gebracht over het ontwerpbesluit of hen niet verweten kan worden dat zij dit niet hebben gedaan (vgl. de Afdelingsuitspraak van 4 augustus 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1755). Naar het oordeel van de rechtbank moeten de drie eisers als belanghebbenden bij het verkeersbesluit worden aangemerkt, omdat zij woonachtig zijn binnen de met het verkeersbesluit aangewezen zone. Omdat het verkeersbesluit beoogt de leefomgeving van in het bijzonder de inwoners te verbeteren, worden zij rechtstreeks door het verkeersbesluit geraakt. Ten overvloede overweegt de rechtbank dat, zelfs als twee van de drie eisers niet als belanghebbenden zouden kunnen worden aangemerkt, zij op grond van de hiervoor aangehaalde jurisprudentie toch ontvankelijk zouden zijn in hun beroep; zij hebben immers tijdig een zienswijze tegen het ontwerpbesluit naar voren gebracht. 

Artikel delen