De uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant van 19 december 2025, ECLI:NL:RBZWB:2025:8834 is een voorbeeld van een geval waarbij onder het oude recht sprake was van een overtreding maar onder de Omgevingswet/ Bkl niet meer. Daardoor kon er niet meer worden gehandhaafd.

Het college stelt dat de afwijkingen van hetgeen vergund is, onder de Omgevingswet vergunningsvrij mogen worden uitgevoerd. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft bepaald dat een bestuursorgaan bij een beslissing op bezwaar moet beoordelen of onder de Omgevingswet nog steeds sprake is van een overtreding (ABRvS 3 juli 2024, ECLI:NL:RVS:2024:2645).
Voor geluidswanden tot 5 meter hoog geldt dat deze als technische bouwactiviteit vergunningsvrij gebouwd mogen worden (artikel 2.26, eerste lid aanhef en onder a Bbl).
Op een geschil over een bestuurlijk sanctiebesluit blijft, zoals eiser terecht stelt, oud recht van toepassing als het verzoek om handhaving al voor 1 januari 2024 is ingediend. Hoofdregel in het bestuursrecht is dat het bestuursorgaan op grond van artikel 7:11 Awb op grondslag van het bezwaar het primaire besluit volledig moet heroverwegen. Daarbij moet worden getoetst aan het recht zoals dat op dat moment geldt. Dat geldt ook als een nieuw besluit moet worden genomen na vernietiging door de rechter. Voor bestuurlijke sanctiebesluiten geldt daarbij dat het bestuursorgaan moet onderzoeken of het gesanctioneerde handelen of nalaten (hierna te noemen: de gedraging), ten tijde van het primaire besluit heeft plaatsgevonden en toen verboden was.
De rechtbank constateert dat er een vergunning is verleend voor de geluidswand. Deze is op technische aspecten uitgevoerd in afwijking van de vergunning. Planologisch gezien is er niet in afwijking van de vergunning gebouwd. Er is dus mogelijk een nieuwe vergunning nodig voor de technische bouwactiviteit. Op grond van artikel 2.26 van het Besluit bouwwerken leefomgeving is een vergunning nodig als een bouwwerk zonder dak hoger is dan 5 meter. Nu het gaat om een geluidswand die niet hoger is dan 5 meter, kan deze voor wat betreft de technische aspecten onder het nieuwe recht vergunningsvrij worden gebouwd.
Voor het planologische gedeelte is een vergunning verleend en is in overeenstemming met die vergunning gebouwd. Dat betekent dat er geen sprake meer is van een overtreding en dat het college het verzoek om handhaving terecht heeft afgewezen.