Ten behoeve van het voorkomen dan wel voor zover dat niet mogelijk is het zoveel mogelijk beperken van de emissie van ammoniak als bedoeld in artikel 3.52, onder a, van het besluit wordt bij het opslaan van drijfmest of digestaat voldaan aan de artikelen 3.67 tot en met 3.69.
Ten behoeve van het realiseren van een verwaarloosbaar bodemrisico als bedoeld in artikel 3.52, onder b, van het besluit wordt bij het opslaan van drijfmest of digestaat voldaan aan de artikelen 3.68 tot en met 3.70.
Artikel 2.11, eerste tot en met negende lid, van het besluit is niet van toepassing op het opslaan van drijfmest of digestaat.
(17-11-2023)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
01-01-2024 |
intrekking-regeling |
01-12-2020 |
||||||
wijziging |
21-01-2014 |
29-01-2014 |
||||||
nieuw |
16-10-2012 |
05-12-2012 |
Opmerkingen
1) Treedt in werking op het tijdstip waarop het Wijzigingsbesluit Activiteitenbesluit milieubeheer, enz. (nieuwe activiteiten en herstel gebreken wetstechnische en inhoudelijk ondergeschikte aard) in werking treedt.
2) Treedt in werking op het tijdstip waarop het Wijzigingsbesluit Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, enz. (agrarische activiteiten in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer) in werking treedt.