Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 2:7 Uitzonderingen voor de Algemene Ouderdomswet

  • 1

    Voor het bepalen van inkomen als bedoeld in de Algemene Ouderdomswet geldt dat:

    • a.

      in afwijking van artikel 2:4, eerste lid, onderdelen h, k, l en o, een uitkering of toeslag als bedoeld in artikel 2:4, eerste lid, onderdelen h, k en l, en een uitkering of toeslag die naar aard en strekking overeenkomt met een uitkering of toeslag als bedoeld in artikel 2:4, eerste lid, onderdelen h, k en l, niet aangemerkt wordt als inkomen;

    • b.

      indien de pensioengerechtigde en zijn echtgenoot samenwerken in de uitoefening van een bedrijf of in de zelfstandige uitoefening van een beroep en de echtgenoot dan wel de pensioengerechtigde geen vergoeding ontvangt ter zake van de in de onderneming verrichte arbeid, ter vaststelling van het deel van de met inachtneming van het bepaalde in artikel 2:2, eerste lid, onderdeel d, berekende winst, dat de echtgenoot toekomt, de winst wordt vermenigvuldigd met de factor X/(X+Y), waarbij:

      X staat voor het loon van de werknemer, die in dienstbetrekking een gelijkwaardige functie uitoefent als de echtgenoot, en

      Y staat voor het loon van de werknemer die in dienstbetrekking een gelijkwaardige functie uitoefent als de pensioengerechtigde; en

    • c.

      de artikelen 2:2, derde lid, 2:3, eerste lid, onderdeel d, en 2:4, derde en vijfde lid, niet van toepassing zijn.

  • 2

    In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, en artikel 1.1, tweede lid, wordt voor het bepalen van het gezamenlijke inkomen, bedoeld in artikel 12, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet een uitkering van een pensioengerechtigde die naar aard en strekking overeenkomt met een uitkering als bedoeld in artikel 2:4, eerste lid, onderdeel K, aangemerkt als overig inkomen.

  • 3

    Voor de echtgenoot van de pensioengerechtigde waarop artikel 64a van de Algemene Ouderomdswet van toepassing is, wordt het inkomen dat is vastgesteld op grond van de artikelen 10 en 11 van de Algemene Ouderdomswet, zoals deze luidden voor de inwerkingtreding van de Wet harmonisatie en vereenvoudiging socialezekerheidswetgeving, eveneens aangemerkt als het inkomen van die echtgenoot in het kader van artikel 12 van de Algemene Ouderdomswet.

Informatie geldend op 17-06-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Tijdelijke regeling overbruggingsuitkering AOW
    artikel: 2

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(17-06-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2022

wijziging

13-12-2021

Stb. 2021, 629

13-12-2021

Stb. 2021, 629

01-06-2014

t/m 01-01-2013

wijziging

19-05-2014

Stb. 2014, 177

19-05-2014

Stb. 2014, 178

01-03-2012

wijziging

22-02-2012

Stb. 2012, 79

22-02-2012

Stb. 2012, 80

01-08-2011

wijziging

23-12-2010

Stb. 2010, 869

08-07-2011

Stb. 2011, 361

01-01-2011

nieuwe-regeling

23-12-2010

Stb. 2010, 869

23-12-2010

Stb. 2010, 869