Het bestuursorgaan stelt de klager en degene op wiens gedraging de klacht betrekking heeft, in de gelegenheid te worden gehoord.
Van het horen van de klager kan worden afgezien indien:
de klacht kennelijk ongegrond is,
de klager heeft verklaard geen gebruik te willen maken van het recht te worden gehoord, of
de klager niet binnen een door het bestuursorgaan gestelde redelijke termijn verklaart dat hij gebruik wil maken van het recht te worden gehoord.
Van het horen wordt een verslag gemaakt.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Algemene wet bestuursrecht
artikel: 9:4, 9:15
Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ
bijlage: behorende bij artikel 3 van de Klachtenregeling ongewenste omgangsvormen EZ
Regeling Klachtbehandeling Commissariaat voor de Media 2018
artikel: 6
Regeling klachtbehandeling door de Kansspelautoriteit
artikel: 5
Wet educatie en beroepsonderwijs
artikel: 7.5.2
Wet op de Kamer van Koophandel
artikel: 32
(09-04-2025)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
12-05-1999 |
29-05-2020 |
||||||
wijziging |
20-12-2012 |
20-12-2012 |
||||||
nieuw |
12-05-1999 |
07-06-1999 |
Opmerkingen
1) Treedt tevens in werking voor de beleidsterreinen die worden bestreken door de Wet educatie en beroepsonderwijs en de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.
2) Treedt in werking met ingang van 1 juli 1999, met uitzondering zover het betreft de beleidsterreinen die worden bestreken door: a. de Wet klachtrecht cliënten zorgsector, b. de Wet bijzondere opnemingen in psychiatrische ziekenhuizen, c. de Wet op de jeugdhulpverlening, d. de Wet op het primair onderwijs, e. de Wet op het voortgezet onderwijs, f. de Wet op de expertisecentra, g. de Wet educatie en beroepsonderwijs, h. de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, voorzover het betreft onderwijsinstellingen, i. de Politiewet 1993, j. de Penitentiaire beginselenwet, k. de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden, l. het bij koninklijke boodschap van 27 april 1998 ingediende voorstel van wet tot vaststelling van een Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (26016) en m. de Reclasseringsregeling 1995.Treedt in werking op 31 maart 2004 (Stb. 2004/125) voor het beleidsterrein dat wordt bestreken door de Politiewet 1993.