De belanghebbende die bevoegd was om hoger beroep bij het gerechtshof in te stellen en Onze Minister kunnen bij de Hoge Raad beroep in cassatie instellen tegen:
een uitspraak van het gerechtshof die overeenkomstig afdeling 8.2.6 of artikel 8:104, eerste lid, onderdeel c van de Algemene wet bestuursrecht is gedaan, en
een uitspraak van de voorzieningenrechter van het gerechtshof die overeenkomstig artikel 8:86 van die wet is gedaan.
De belanghebbende en Onze Minister kunnen bij de Hoge Raad voorts beroep in cassatie instellen tegen een uitspraak van de rechtbank als bedoeld in artikel 8:55, zevende lid, onderdelen a en b, van die wet.
Indien de belanghebbenden en Onze Minister daarmee schriftelijk instemmen, kan bij de Hoge Raad voorts beroep in cassatie worden ingesteld tegen een uitspraak van de rechtbank als bedoeld in afdeling 8.2.6 of artikel 8:104, eerste lid, onderdeel c van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede tegen een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank als bedoeld in artikel 8:86 van die wet.
Geen beroep in cassatie kan worden ingesteld tegen:
een uitspraak van het gerechtshof of de rechtbank overeenkomstig artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
een uitspraak van de rechtbank overeenkomstig artikel 8:54a van die wet;
een uitspraak van de voorzieningenrechter van het gerechtshof of de rechtbank overeenkomstig artikel 8:84, tweede lid, van die wet, en
een uitspraak van de voorzieningenrechter van het gerechtshof of de rechtbank overeenkomstig artikel 8:75a, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, in verband met artikel 8:84, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
Tegen andere beslissingen van het gerechtshof, van de rechtbank of van de voorzieningenrechter kan slechts tegelijkertijd met het beroep in cassatie tegen de in het eerste of het tweede lid bedoelde uitspraak beroep in cassatie worden ingesteld.
De artikelen 24a, derde lid, 26a, derde lid, en 26b, eerste lid, zijn van overeenkomstige toepassing.
De werking van de uitspraak van het gerechtshof, de rechtbank of de voorzieningenrechter wordt opgeschort totdat de termijn voor het instellen van beroep in cassatie is verstreken of, indien beroep in cassatie is ingesteld, op het beroep in cassatie is beslist.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
Inkomstenbelasting, aanwijzing massaal bezwaar plus over kalenderjaren 2017 tot en met 2020
tekst: tekst
Rijkswet rechtsmacht Hoge Raad voor Aruba, Curaçao, Sint Maarten en voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba
artikel: 15a
Wet op de rechterlijke organisatie
artikel: 80a
Wet waardering onroerende zaken
artikel: 30
(08-01-2025)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
21-12-2022 |
21-12-2022 |
||||||
wijziging |
18-12-2019 |
18-12-2019 |
||||||
wijziging |
31-01-2013 |
22-04-2013 |
||||||
wijziging |
19-06-2013 |
25-06-2013 |
||||||
wijziging |
20-12-2012 |
20-12-2012 |
||||||
wijziging |
15-12-2004 |
16-12-2004 |
||||||
wijziging |
13-05-2004 |
07-06-2004 |
||||||
wijziging |
06-12-2001 |
10-12-2001 |
||||||
wijziging |
29-10-1998 |
17-06-1999 |
||||||
wijziging |
02-11-1995 |
16-04-1996 |
||||||
nieuw |
16-12-1993 |
Stb. 1993, 650 |
23-12-1993 |
Stb. 1993, 693 |
||||
vervallen |
16-12-1993 |
Stb. 1993, 650 |
23-12-1993 |
Stb. 1993, 693 |
||||
wijziging |
12-05-1993 |
Stb. 1993, 262 |
12-05-1993 |
Stb. 1993, 262 |
||||
nieuwe-regeling |
02-07-1959 |
Stb. 1959, 301 |
18-12-1984 |
Stb. 1984, 637 |
Opmerkingen
1) Vindt voor het eerst toepassing met betrekking tot aanslagbiljetten waarvan de datum van dagtekening is gelegen op of na 1 januari 2023.
2) Artikel XIX van Stb. 2019/512 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
3) Artikelen IV en V van Stb. 2013/50 bevatten overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
4) Deel C, artikel I, van Stb. 2012/682 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.
5) De datum van inwerkingtreding is vastgesteld onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet.