Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 1.18 Veiligheid van de staat

  • 1

    Ten aanzien van arbeid verricht in de burgerlijke openbare dienst, welke gericht is op het daadwerkelijk uitoefenen van taken, bedoeld in artikel 8, tweede lid, onder a, van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017, zijn de artikelen 27, 28, 28a, 28b en 29 van de wet van toepassing voor zover door de toepassing van deze artikelen een goede taakuitoefening niet wordt belemmerd.

  • 2

    Op arbeid verricht in rijksdienst geschiedt de toepassing van de wet met inachtneming van de voor de rijksdienst geldende nationale en internationale voorschriften ter beveiliging van gegevens, waarvan de geheimhouding door het belang van de staat of van zijn bondgenoten wordt geboden.

  • 3

    Op arbeid verricht in de burgerlijke openbare dienst door of ten behoeve van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten geschiedt de toepassing van de wet bovendien met inachtneming van de aan de hoofden van deze diensten opgedragen zorg voor geheimhouding van de door hen verkregen gegevens en van de bronnen waaruit zij afkomstig zijn en voor het naar behoren waarborgen van de veiligheid van de personen van wier diensten bij het inwinnen van gegevens gebruik wordt gemaakt.

Informatie geldend op 28-06-2023

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(28-06-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-05-2018

wijziging

18-04-2018

Stb. 2018, 117

18-04-2018

Stb. 2018, 119

01-07-2015

wijziging

16-04-2015

Stb. 2015, 167

16-04-2015

Stb. 2015, 167

01-01-2007

wijziging

05-12-2006

Stb. 2006, 674

11-12-2006

Stb. 2006, 675

05-02-2003

wijziging

15-01-2003

Stb. 2003, 37

15-01-2003

Stb. 2003, 37

01-11-1999

wijziging

10-09-1999

Stb. 1999, 435

25-10-1999

Stb. 1999, 450

01-07-1997

nieuwe-regeling

15-01-1997

Stb. 1997, 60

20-06-1997

Stb. 1997, 263

Inwtr. 1

Opmerkingen

  • 1) Artikel 4.8, tweede en zesde lid, treedt voor zover het de aanwezigheid van het certifcaat van vakbekwaamheid betreft, in werking op 1 oktober 1997.