Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 3.11 Vloeren, muren en plafonds van arbeidsplaatsen

  • 1

    Vloeren van arbeidsplaatsen zijn zo veel mogelijk vrij van oneffenheden en gevaarlijke hellingen en zijn voorts zo veel mogelijk vast, stabiel en stroef.

  • 2

    Het oppervlak van vloeren, muren en plafonds van arbeidsplaatsen is zodanig, dat deze ten behoeve van de hygiëne op de arbeidsplaats kunnen worden schoongemaakt en onderhouden.

  • 3

    Besloten ruimten waar arbeid wordt verricht zijn, rekening houdend met de aard van de werkzaamheden en de te leveren fysieke belasting, voldoende thermisch geïsoleerd.

  • 4

    Transparante of lichtdoorlatende wanden van arbeidsplaatsen zijn, voor zover mogelijk in verband met de aard van de arbeidsplaats:

    • a.

      duidelijk gemarkeerd en van veiligheidsmateriaal vervaardigd, of

    • b.

      op een zodanige wijze aangebracht of afgeschermd dat de werknemers niet gewond kunnen raken.

Informatie geldend op 28-06-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Arbeidsomstandighedenbesluit
    artikel: 3.1a, 9.9b, 9.5

  2. Beleidsregel arbocatalogi 2019
    bijlage: als bedoeld in artikel 6 van de Beleidsregel arbocatalogi 2019

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(28-06-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-07-1997

nieuwe-regeling

15-01-1997

Stb. 1997, 60

20-06-1997

Stb. 1997, 263

Inwtr. 1

Opmerkingen

  • 1) Artikel 4.8, tweede en zesde lid, treedt voor zover het de aanwezigheid van het certifcaat van vakbekwaamheid betreft, in werking op 1 oktober 1997.