Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 6.16 Duikarbeid

  • 1

    Duikarbeid wordt verricht door een of meer duikers die worden bijgestaan door een reserveduiker en een ploegleider.

  • 2

    De reserveduiker verricht slechts duikarbeid bestaande uit het verlenen van hulp aan en het redden van in moeilijkheden geraakte duikers. Bij het gebruik van een duikklok is de reserveduiker in de klok aanwezig.

  • 3

    De ploegleider is in het bezit van een certificaat duikploegleider met betrekking tot de soort arbeid die hij verricht, dat is afgegeven door Onze Minister of een certificerende instelling.

  • 4

    In afwijking van het eerste lid, mag de ploegleider tevens als reserveduiker optreden, indien duikarbeid wordt verricht in een vloeistof die in overwegende mate uit water bestaat met een maximaal bereikbare diepte van 9 meter en een maximale stroomsnelheid van 0,5 meter per seconde en waarbij geen voorzienbare kans bestaat dat de duikers in die vloeistof in moeilijkheden raken.

  • 5

    Een ieder die duikarbeid heeft verricht, houdt hiervan aantekening in een persoonlijk duiklogboek. In dit logboek worden, naast de aard van de duikarbeid, ten minste het gevolgde duikschema inclusief het gevolgde decompressieverloop alsmede de verblijftijd in de vloeistof aangetekend.

  • 6

    De duikers en de reserveduiker zijn in het bezit van een certificaat duikarbeid met betrekking tot de soort arbeid die zij verrichten, dat is afgegeven door Onze Minister of een certificerende instelling.

  • 7

    Indien duikarbeid wordt verricht is de persoon, bedoeld in artikel 6.15, eerste lid, onder c, in het bezit van een certificaat duikmedische begeleiding met betrekking tot de soort arbeid die hij verricht, dat is afgegeven door Onze Minister of een certificerende instelling.

  • 8

    Het certificaat duikploegleider, het certificaat duikarbeid en het certificaat duikmedische begeleiding, bedoeld in het derde respectievelijk het zesde en zevende lid, of afschriften daarvan zijn op de arbeidsplaats aanwezig en worden desgevraagd getoond aan de toezichthouder.

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(28-06-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2022

wijziging

20-12-2021

Stb. 2021, 645

20-12-2021

Stb. 2021, 645

01-01-2009

wijziging

20-11-2008

Stb. 2008, 502

20-11-2008

Stb. 2008, 502

21-12-2007

wijziging

10-12-2007

Stb. 2007, 525

10-12-2007

Stb. 2007, 525

01-01-2007

wijziging

05-12-2006

Stb. 2006, 674

11-12-2006

Stb. 2006, 675

01-01-2003

wijziging

17-12-2002

Stb. 2002, 652

17-12-2002

Stb. 2002, 652

26-05-2000

wijziging

09-05-2000

Stb. 2000, 211

09-05-2000

Stb. 2000, 211

01-11-1999

wijziging

10-09-1999

Stb. 1999, 435

25-10-1999

Stb. 1999, 450

01-07-1997

nieuwe-regeling

15-01-1997

Stb. 1997, 60

20-06-1997

Stb. 1997, 263

Inwtr. 1

Opmerkingen

  • 1) Artikel 4.8, tweede en zesde lid, treedt voor zover het de aanwezigheid van het certifcaat van vakbekwaamheid betreft, in werking op 1 oktober 1997.