Wanneer een voorziening een continu en een intermitterend signaal kan uitzenden, wordt het intermitterende signaal gebruikt om ten opzichte van het continue signaal aan te geven dat het gaat om een situatie die een groter gevaar inhoudt of waarbij de gewenste of verplichte interventie of actie met grotere spoed moet worden uitgevoerd.
Wanneer een intermitterend lichtsignaal wordt gebruikt in plaats of ter completering van een geluidssignaal, is de code van het signaal identiek.
Een voorziening om een lichtsignaal uit te zenden in geval van groot gevaar, wordt speciaal in het oog gehouden of uitgerust met een reservelamp.
De duur en de frequentie van de flitsen van een intermitterend lichtsignaal zijn zodanig dat:
de boodschap van het signaal goed wordt begrepen, en
er voorkomen wordt dat verwarring ontstaat tussen verschillende lichtsignalen of tussen een continu en een intermitterend lichtsignaal.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(07-07-2023)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
06-12-2006 |
06-12-2006 |
||||||
wijziging |
25-10-1999 |
Supplement-Stcrt. 1999, 239 |
25-10-1999 |
Supplement-Stcrt. 1999, 239 |
||||
nieuwe-regeling |
12-03-1997 |
Supplement-Stcrt. 1997, 63 |
20-06-1997 |
Opmerkingen
1) Treedt in werking op het tijdstip waarop het Arbeidsomstandighedenbesluit in werking treedt.