Vanaf het tijdstip waarop een vergunning voor het in werking brengen van een inrichting als bedoeld in artikel 15, onder b, van de wet is verleend totdat een vergunning voor het buiten gebruik stellen van die inrichting is verleend, actualiseert de houder van de vergunning voor het in werking brengen of het in werking houden van die inrichting het ontmantelingsplan ten minste elke vijf jaar, of wanneer de Autoriteit dit nodig acht.
De actualisatie, bedoeld in het eerste lid, betreft in ieder geval:
de planning van de buitengebruikstelling en de ontmanteling;
de bij de buitengebruikstelling en de ontmanteling toe te passen technieken;
wijzigingen van de inrichting voor zover deze gevolgen kunnen hebben voor de buitengebruikstelling of de ontmanteling.
(06-02-2018)
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
wijziging |
19-05-2017 |
06-07-2017 |
||||||
wijziging |
12-02-2011 |
12-02-2011 |
||||||
vervallen |
23-04-1980 |
Stb. 1980, 355 |
23-04-1980 |
Stb. 1980, 443 |
||||
nieuwe-regeling |
04-09-1969 |
Stb. 1969, 403 |
12-11-1969 |
Stb. 1969, 514 |
Opmerkingen
1) Artikel XII van Stb. 2017/233 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.