Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bijlage V Voorschriften met betrekking tot het onderzoek omtrent de in de bijlagen I-IV genoemde parameters

1 De plaats van het onderzoek

Ten aanzien van oppervlaktewaterlichamen waaraan de kwaliteitsdoelstelling oppervlaktewater voor de bereiding van drinkwater is verbonden, dient het onderzoek te worden verricht op een plaats die representatief is voor de waterkwaliteit op het punt waar een oppervlaktewaterlichaam vóór de zuiveringsbehandeling wordt onttrokken.

Ten aanzien van een oppervlaktewaterlichaam waaraan de kwaliteitsdoelstelling zwemwater is verbonden, dient het onderzoek te worden verricht op een plaats die representatief is voor het gedeelte van een oppervlaktewaterlichaam, waar doorgaans de meeste zwemmers worden aangetroffen.

Ten aanzien van een oppervlaktewaterlichaam waaraan de kwaliteitsdoelstelling water voor zalmachtigen, water voor karperachtigen of schelpdierwater is verbonden, dient het onderzoek te worden verricht op een plaats die representatief is voor de hoedanigheid van het water waarop genoemde kwaliteitsdoelstelling van toepassing is.

2 De tijdstippen van onderzoek

Het onderzoek dient op een zodanig tijdstip te geschieden, dat de uitkomsten van het onderzoek representatief zijn voor de hoedanigheid van het betreffende water.

Ten aanzien van de parameters temperatuur, zuurgraad en zuurstof opgelost, waarbij de resultaten van het onderzoek afhankelijk zijn van dagelijks voorkomende natuurlijke fluctuaties, dient een zodanig tijdstip gekozen te worden dat de uitkomsten van het onderzoek representatief zijn voor het etmaalgemiddelde over de dag waarop het onderzoek plaatsvindt.

3 De conservering van het monster

Een monster dat niet ter plaatse wordt onderzocht, dient zodanig te worden bewaard dat de uitkomst van het onderzoek niet in betekenende mate wordt beïnvloed.

Voor de conservering van het monster wordt aanbevolen de voorschriften zoals gesteld in de praktijkrichtlijn 6601 van het Nederlands Normalisatie-instituut in acht te nemen.

4 De werkwijze ten aanzien van metingen

4.1.Voor de toepassing van deze bijlage wordt verstaan onder:

  • -

    meetmethode: een methode voor de bepaling van een in de bij deze bijlage behorende tabel genoemde parameter;

  • -

    meetprincipe: omschrijving van het beginsel waarop een meetmethode berust;

  • -

    standaardmeetmethode: een door het Nederlands Normalisatie-instituut vastgestelde meetmethode;

  • -

    enkelvoudige meetuitkomst: een door één meting verkregen waarde;

  • -

    gemiddelde van de meetuitkomsten: het rekenkundig gemiddelde van een eindige serie enkelvoudige meetuitkomsten;

  • -

    werkelijke waarde: de waarde van een parameter, niet zijnde de parameters temperatuur, zuurgraad en zuurstof opgelost, die wordt verkregen door aan een bekende hoeveelheid gedestilleerd gedemineraliseerd water een eveneens bekende hoeveelheid van de desbetreffende stof toe te voegen;

  • -

    standaardafwijking(s): de standaardafwijking, te berekenen met de formule:

waarbij n het aantal enkelvoudige meetuitkomsten dat in beschouwing genomen wordt aangeeft, ∑ het gemiddelde van de uitkomsten en i het rangnummer, behorende bij het resultaat van de in beschouwing genomen uitkomsten.

4.2.Van de meetmethoden moet kunnen worden aangetoond dat deze voldoen aan de hierna gestelde eisen ten aanzien van precisie, systematische afwijking en aantoonbaarheidsgrens.

  • a.

    Precisie

    Tweemaal de waarde van de standaardafwijking van een serie meetuitkomsten dient kleiner te zijn dan of gelijk aan de in de tabel onder "precisie" aangegeven waarde.

  • b.

    Systematische afwijking

    Het verschil tussen de werkelijke waarde en de waarde van het rekenkundig gemiddelde van een serie meetuitkomsten dient kleiner te zijn dan of gelijk aan de in de tabel onder "systematische afwijking" aangegeven waarde.

  • c.

    Aantoonbaarheidsgrens

    Bij meting van een oplossing met een in de tabel onder "aantoonbaarheidsgrens" aangegeven waarde, dient van een serie meetuitkomsten een gemiddelde meetuitkomst te worden verkregen, die groter is dan drie maal de standaardafwijking van een serie meetuitkomsten, met behulp van de toegepaste meetmethode verkregen bij meting van gedestilleerd gedemineraliseerd water, vermeerderd met het gemiddelde van laatstbedoelde meetuitkomsten.

    • -

      De hiervoor onder a, b en c bedoelde meetuitkomsten dienen te zijn verkregen uit metingen, verricht door dezelfde waarnemer met dezelfde middelen en dezelfde hulpstoffen onder zoveel mogelijk gelijke omstandigheden.

    • -

      De in a, b en c genoemde serie meetuitkomsten bestaan uit tenminste 10 enkelvoudige meetuitkomsten.

    • -

      Voor de vaststelling van de precisie en de systematische afwijking dient gebruik te worden gemaakt van een oplossing waarin de te onderzoeken stof voorkomt in een nauwkeurig bekende concentratie die ten hoogste 20% mag afwijken van de voor de betreffende parameter in bijlage I aangegeven waarde.

    In afwijking van het voorafgaande dient voor de vaststelling van de precisie en de systematische afwijking van de parameters temperatuur, zuurgraad en zuurstof opgelost gebruik gemaakt te worden van de volgende methoden.

    Voor temperatuur: vergelijking met een geijkte thermometer bij 0°C en 25°C.

    Voor zuurgraad: vergelijking met twee of meer standaard bufferoplossingen waarvan de pH-waarde nauwkeurig bekend is en ligt tussen 6,5 en 9.

    Voor zuurstof opgelost: vergelijking met een verzadigde zuurstofoplossing waarvan het gehalte aan opgelost zuurstof nauwkeurig bekend is.

4.3.Het onderzoek naar de waarde van de parameters in een oppervlaktewaterlichaam dient te geschieden met meetmethoden die in ieder geval gebaseerd zijn op de voor deze parameters in de tabel aangegeven meetprincipes. Indien voor een parameter in de tabel geen eisen zijn gesteld ten aanzien van precisie, systematische afwijking en aantoonbaarheidsgrens, dient het onderzoek naar de waarde van deze parameter in een oppervlaktewaterlichaam te geschieden met de voor deze parameter in de tabel aangegeven standaardmeetmethode.

4.4.Indien redelijkerwijs kan worden getwijfeld aan de juistheid van een toegepaste of toe te passen meetmethode, onderscheidenlijk aan de juistheid van de daarmee verkregen resultaten, wordt deze methode door degene die zodanige methode toepast of gaat toepassen, vergeleken met de in de tabel aangegeven standaardmeetmethode of worden - voor zover mogelijk - de resultaten, verkregen met eerstbedoelde meetmethode vergeleken met de resultaten, verkregen met de standaardmeetmethode.

Parameter

Meetprincipe

Eenheid

Precisie

Indien precisie en systematische afwijking zijn aangegeven in procenten betreffen deze percentages de in bijlage 1 aangegeven waarden voor de verschillende parameters.

Systematische afwijking

Indien precisie en systematische afwijking zijn aangegeven in procenten betreffen deze percentages de in bijlage 1 aangegeven waarden voor de verschillende parameters.

Aantoonbaarheidsgrens

Standaardmeetmethode (NEN)

Kleurintensiteit

Filtreren over glasvezelfilter; fotometrische methode met gebruik van de pt/Co referentieschaal

mg/l-Pt

10%

10%

2

6413

1e druk 1979

Gesuspendeerde stoffen

Membraanfiltratie 0,45 µm, drogen bij 105°C en wegen

mg/l

6484

1e druk 1982

Geleidingsvermogen voor elektriciteit

Impedantiemeting met correctie tot 20°C

m S/m

5%

5%

6412

1e druk 1979

Saliniteit

Impedantiemeting

g/kg

Geur- en verdunningsfactor

Zintuiglijke waarneming bij 20°C door vergelijking van geurloos water met verdunningen van het monster van een oppervlaktewaterlichaam. Het monster van een oppervlaktewaterlichaam dient door toevoeging van geurloos water verdund te zijn met de factor: 0, 4, 8, 12, 16, 20 en 24

Temperatuur

Thermometrie, de meting wordt bij de bemonstering ter plaatse uitgevoerd

°C

0,5

1

Zuurgraad

Methode met specifieke elektroden, de meting wordt bij de bemonstering ter plaatse uitgevoerd

pH

0,1

0,2

6411

1e druk 1981

Doorzicht

Secchi-schijf, de meting wordt bij de bemonstering ter plaatse uitgevoerd

m

6606

1e druk 1981

Zuurstof opgelost

Methode van Winkler, Methode met specifieke elektroden

mg/l-O2

0,5

0,5

6490

1e druk 1982

Chemisch zuurstofverbruik

Oxydatie met behulp van kaliumdichromaat na filtratie over een filter met poriëngrootte van 0,45 µm

mg/l-O2

10%

10%

15

3235 ≥.3

2e druk 1976

Biochemisch zuurstofverbruik

Bepaling van de opgeloste zuurstof voor en na 5 dagen incubatie bij 20 ± 1°C in het donker. Toevoeging van eennitrificatie-inhibitor

mg/l-O2

3235 ≥5.4

1e druk 1972

Organisch gebonden stifstof

Absorptiespectrometrie na Kjeldahldestructie tot ammonium met correctie voor het anorganisch ammonium

mg/l-N

0,5

0,5

0,2

6481

1e druk 1982

Algenbiomassa

Filtratie van de algen. Extractie van chlorofyl-a met een daartoe geschikt medium. Fotometrische bepaling van het chlorofyl-a. Het verschil van de extincties gemeten bij 665 en 750 ml is een maat voor het chlorofyl-a gehalte

µg/l-chloro-fyl-a

6520

1e druk 1981

Ammoniak

Berekening van het gehalte aan ammoniak uit het gehalte aan ammonium

6644

1e druk 1983

Ammonium

Absorptiespectrometrie

mg/l-N

0,03

0,03

0,03

6472

1e druk 1981

Nitriet

Absorptiespectrometrie

mg/l-N

6474

1e druk 1981

Nitraat

Absorptiespectrometrie

mg/l-N

10%

10%

1

6440

1e druk 1981

Sulfaat

Absorptiespectrometrie. Titrimetrie

mg/1-SO4

10%

10%

5

6487

1e druk 1982

Fosfaat

Absorptiespectrometrie

µg/1-P

10%

20%

20

6479

1e druk 1981

Cyanide

Absorptiespectrometrie

µg/1-CN

10%

10%

10

6489

1e druk 1982

Fluoride

Absorptiespectrometrie. Methode met specifieke elektroden

mg/1-F

5%

5 %

0,05

6483

1e druk 1982

Chloride

Absorptiespectronletrie. Titrimetrie volgens de methode Mollr

mg/1-C1

5%

5 %

5

6470

1e drllk 1981

Residueel chloor

Diethyl-p-phenyleendiamine methode, de meting wordt ter plaatse van de bemonstering uitgevoerd

µg/1-HOCI

6480

1e druk 1982

Beryllium

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/1-Be

10%

10%

0,1

Boor

Atomaire absorptiespectrometrie, absorptiespectrometrie

mg/1-B

10%

10%

0,1

Natrium

Atomaire absorptiespectrometrie, vlamfotometrie

mg/1-Na

5%

5 %

1

6442

1e druk 1979

Chroom

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Cr

10%

10%

5

6444

1e druk 1977

Mangaan

Atomaire absorptiespectrometrie

mg/l-Mn

10%

20%

0,1

6461

1e druk 1981

IJzer opgelost

Atomaire absorptiespectrometrie na filtratie over een filter met poriëngrootte 0,45 µm

mg/l-Fe

10%

10%

0.02

6460

1e druk 1981

Koper

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Cu

5%

5%

2.5

6454

1e druk 1981

Zink

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-zn

5%

5%

10

6443

1e druk 1977

Arseen

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-As

20%

20%

2

6457

1e druk 1981

Seleen

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Se

20%

20%

2

Cadmium

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Cd

10%

10%

0.5

Barium

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Ba

15%

20%

20

6436

1e druk 1982

Kwik

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Hg

30%

30%

0.1

6445

1e druk 1978

Lood

Atomaire absorptiespectrometrie

µg/l-Pb

10%

10%

5

Minerale olie

Infrarood absorptiespectrometrie na extractie met tetraehloorkoolstof

µg/l

20%

30%

10

Oppervlakte actieve stoffen die reageren met methyleen-blauw

Absorptiespectrometrie

µg/l

10%

10%

50

Met waterdamp vluch-tige fenolen

Absorptiespectrometrie met behulp van de 4 amino-antipyrine methode

µg/l-C6H5oH

0,5

0,5

0.5

6670

1e druk 1982

Extraheerbaar organisch gebonden chloor

Microcoulometrie na extractie met petroleumether 3x

g/l-Cl

1

Vluchtig organisch gebonden chloor

Microcoulometrie na uitblazen met inert gas

µg/l-Cl

0.5

Polycyclische aromatische koolwaterstoffen

Extractie met hexaan, meting van de fluorescentie in het ultraviolet na dunne-laag-chromatografie of vloeistofchroma-tografie. Kwantificering met behulp van de referentiestoffen fluorantheen; benzo 11,12 >fluorantheen; benzo 3,4 fluorantheen; benzo 3,4 pyreen; benzo 1,12 peryleen; indeno (1,2.3,-cd) pyreen

µg/l

50%

50%

0.04

Organochloor pesticiden

Identificatie met behulp van gaschromatografie na extractie en voorzuivering. Kwantitatieve bepaling met behulp van ijkvloeistoffen

µg/l

50%

50%

0.05

Cholinesteraseremmers

Extractie met dichloormethaan. Oxidatie met broom van het indampresidu. Incubatie met paardeserum en butyrylthiocholine. Fotometrische bepaling van het gevormde thiocholine. Het resultaat wordt uitgedrukt in paraoxon

µg/l paraoxon

Thermotolerante bacteriën van de coligroep

Ophoping in een vloeibaar, laetosehoudend medium bij 37°C gevolgd door bevestiging in een meer selectief vloeibaar lactosehoudend medium bij 44°C. Kwantificering met behulp van een M.W.A.-tabel.

aantal/ml

6572

1e druk 1982

Membraanfiltratie, voorincubatie bij 25°C, incubatie bij 44°C op een vast lactosehoudend medium gevolgd door bevestiging in een meer selectief vloei-baar lactosehoudend medium bij 44°C

aantal/ml

6570

1e druk 1982

Faecale streptococcen

ophoping in een vloeibaar azidehoudend medium gevolgd door bevestiging op een meer selectief vast azide-houdend medium.

aantal/ml

6563

1e druk 1982

Membraanfiltratie en incubatie op een vast azidehoudend medium

aantal/ml

Salmonellae

Voorophoping in een vloeibaar, niet selectief medium. Ophoping in een vloeibaar (∗1)selectief medium. Isolatie op een vast selectief medium. Bevestiging door biochemische en serologi-sche methoden

aantal 100ml

Entero-virussen

Concentratie door middel van filtratie en/of uitvlokking en centrifugeren; bevestiging door middel van plaque-formatie-methode (P.F.U.) of cytopathogeen-effect-methode

aantal/l

Geur (water) (organismen)-

Zintuiglijke waarneming ter plaatse Bepaling van geurafwijkingen van rauwe monsters ten opzichte van monsters uit een onverdacht oppervlaktewaterlichaam

Kleur

Zintuiglijke waarneming ter plaatse

Olie

Zintuiglijke waarneming ter plaatse

Schuim

Zintuiglijke waarneming ter plaatse

Smaak (organismen)

Bepaling van smaakafwijkingen van rauwe en gekookte monsters ten opzichte van monsters uit een onverdacht oppervlaktewaterlichaam

Vuil

Zintuiglijke waarneming ter plaatse

Informatie geldend op 30-10-2015

Regelgeving die op dit bijlage is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit bijlage als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit bijlage

  1. Besluit kwaliteitseisen en monitoring water
    artikel: 6, 8

Overzicht van wijzigingen voor dit bijlage

(30-10-2015)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

intrekking-regeling

30-11-2009

Stb. 2010, 15

22-12-2009

wijziging

02-12-2009

Stb. 2009, 535

10-12-2009

Stb. 2009, 549

24-12-1983

nieuwe-regeling

03-11-1983

Stb. 1983, 606

03-11-1983

Stb. 1983, 606