Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen voorschriften onderscheidenlijk nadere voorschriften worden gegeven betreffende het afleveren, het voorhanden of in voorraad hebben, het vervoeren na aflevering aan de kleinhandel anders dan in een vervoeronderneming, het vervoeren door de gebruiker, en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen, alsmede omtrent het verwijderen en vernietigen van bestrijdingsmiddelen, resten van bestrijdingsmiddelen en ledige verpakkingen. Voorzover de in de vorige volzin bedoelde voorschriften het verwijderen van de daarbedoelde zelfstandigheden betreffen kunnen zij mede betrekking hebben op de afgifte van die zelfstandigheden aan, het vervoer naar en de in ontvangstneming door personen, behorende tot een daarbij aangewezen categorie.
Bij of krachtens de in het eerste lid bedoelde algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld betreffende het gebruik van bestrijdingsmiddelen in verband met de veiligheid en de gezondheid bij de arbeid. Deze regels kunnen in ieder geval betrekking hebben op:
de verdamping of verspreiding van bestrijdingsmiddelen op de werkplek;
de omgang met en de opslag van bestrijdingsmiddelen;
de voorkoming van blootstelling aan bestrijdingsmiddelen;
kleding, kledingbergplaatsen, kleedruimten, toiletten en wasgelegenheden;
persoonlijke beschermingsmiddelen;
het registreren, melden of bewaren van gegevens met betrekking tot bestrijdingsmiddelen, het melden van ongevallen met bestrijdingsmiddelen of het melden van beroepsziekten in verband met bestrijdingsmiddelen.
Door Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid daartoe aangewezen onder hem ressorterende ambtenaren zijn namens hem bevoegd voorschriften te geven betreffende de uitvoering van een of meer voorschriften als bedoeld in het eerste en tweede lid met betrekking tot het vervoer of het gebruik van bestrijdingsmiddelen in verband met de arbeid alsmede omtrent het voorhanden hebben van deze middelen en het opbergen van ledige verpakkingen of restanten van bestrijdingsmiddelen. Bij de bekendmaking van het voorschrift wordt de termijn gesteld, waarbinnen aan het voorschrift moet worden voldaan. Een bezwaarschrift, ingediend tegen het voorschrift, heeft schorsende werking.
Een ieder is verplicht ten aanzien van bestrijdingsmiddelen, resten van bestrijdingsmiddelen en ledige verpakkingen:
zodanige zorgvuldigheid in acht te nemen dat geen gevaar ontstaat voor de mens dan wel voor dieren of planten welker instandhouding gewenst is of voor grond of water, en
overigens zodanige zorgvuldigheid in acht te nemen als redelijkerwijs van hem kan worden verlangd om te voorkomen dat schade wordt toegebracht aan planten of delen van planten, welke aan anderen toebehoren.
Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)
Geen
Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben
Geen
Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel
(13-04-2018)
|
Datum van inwerking- treding |
Terugwerkende kracht |
Betreft |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Kamerstukken |
Ondertekening |
Bekendmaking |
Opmerking |
|
wijziging |
06-02-2003 |
|||||||
|
17-10-2007 |
intrekking-regeling |
17-02-2007 |
10-10-2007 |
|||||
|
wijziging |
23-11-1995 |
04-12-1995 |
||||||
|
wijziging |
15-12-1994 |
20-02-1995 |
||||||
|
wijziging |
23-12-1993 |
Stb. 1993, 690 |
23-12-1993 |
Stb. 1993, 693 |
||||
|
wijziging |
05-06-1975 |
Stb. 1975, 381 |
16-06-1976 |
Stb. 1976, 360 |
||||
|
nieuwe-regeling |
12-07-1962 |
Stb. 1962, 288 |
01-08-1964 |
Stb. 1964, 329 |
||||
Opmerkingen
1) De wijziging kan niet worden doorgevoerd door de intrekking van de regeling. Deze wijziging kan niet meer in werking treden.