Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 88

  • 1

    Een echtgenoot behoeft de toestemming van de andere echtgenoot voor de volgende rechtshandelingen:

    • a.

      overeenkomsten strekkende tot vervreemding, bezwaring of ingebruikgeving en rechtshandelingen strekkende tot beëindiging van het gebruik van een door de echtgenoten tezamen of door de andere echtgenoot alleen bewoonde woning of van zaken die bij een zodanige woning of tot de inboedel daarvan behoren;

    • b.

      giften, met uitzondering van de gebruikelijke, niet bovenmatige;

    • c.

      overeenkomsten die ertoe strekken dat hij, anders dan in de normale uitoefening van zijn beroep of bedrijf, zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt, of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van de derde verbindt;

    • d.

      overeenkomsten van goederenkrediet als bedoeld in artikel 84 van Boek 7, behalve indien zij zaken betreffen die kennelijk uitsluitend of hoofdzakelijk ten behoeve van de normale uitoefening van zijn beroep of bedrijf strekken.

  • 2

    De echtgenoot behoeft de toestemming niet, indien hij tot het verrichten der rechtshandeling is verplicht op grond van de wet of op grond van een voorafgaande rechtshandeling waarvoor die toestemming is verleend of niet was vereist.

  • 3

    De toestemming moet schriftelijk of langs elektronische weg worden verleend, indien de wet voor het verrichten van de rechtshandeling een vorm voorschrijft.

  • 4

    In afwijking van lid 1, onder b, is geen toestemming vereist voor giften welke de strekking hebben dat zij pas zullen worden uitgevoerd na het overlijden van degene die de gift doet, en niet reeds tijdens diens leven worden uitgevoerd. Bestaat de gift in de aanwijzing van een begunstigde bij een sommenverzekering die tijdens het leven van de verzekeringnemer is aanvaard of kan worden aanvaard, dan is daarvoor wel toestemming vereist.

  • 5

    Toestemming voor een rechtshandeling als bedoeld in lid 1 onder c, is niet vereist, indien zij wordt verricht door een bestuurder van een naamloze vennootschap of van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, die daarvan alleen of met zijn medebestuurders de meerderheid der aandelen houdt en mits zij geschiedt ten behoeve van de normale uitoefening van het bedrijf van die vennootschap.

  • 6

    Indien de andere echtgenoot door afwezigheid of een andere oorzaak in de onmogelijkheid verkeert zijn wil te verklaren of zijn toestemming niet verleent, kan de beslissing van de rechtbank worden ingeroepen.

  • 7

    Dit artikel is van toepassing ongeacht het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensstelsel van de echtgenoten, indien de andere echtgenoot zijn gewone verblijfplaats heeft in Nederland ten tijde van het verrichten van een rechtshandeling, bedoeld in het eerste lid.

Informatie geldend op 01-07-2023

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Burgerlijk Wetboek Boek 1
    artikel: 111, 139, 164, 174

  2. Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek
    artikel: 9

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(01-07-2023)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

29-01-2019

wijziging

11-07-2018

Stb. 2018, 332

34795

17-09-2018

Stb. 2018, 333

01-01-2017

wijziging

05-10-2016

Stb. 2016, 360

34442

17-11-2016

Stb. 2016, 438

01-07-2010

wijziging

20-02-2010

Stb. 2010, 222

31358

20-02-2010

Stb. 2010, 222

01-05-2007

wijziging

22-11-2006

Stb. 2006, 589

30521

19-03-2007

Stb. 2007, 110

01-01-2003

wijziging

18-04-2002

Stb. 2002, 227

17213

11-11-2002

Stb. 2002, 558

01-01-1992

nieuw

15-11-1989
samen met
04-12-1991

Stb. 1989, 541
samen met
Stb. 1991, 605

17725

20-02-1990

Stb. 1990, 90

01-01-1992

vervallen

15-11-1989
samen met
04-12-1991

Stb. 1989, 541
samen met
Stb. 1991, 605

17725

20-02-1990

Stb. 1990, 90

01-01-1970

nieuwe-regeling

11-12-1958

Stb. 1958, 590

04-06-1969

Stb. 1969, 259

wijziging

11-12-1958

Stb. 1958, 591

04-06-1969

Stb. 1969, 259

wijziging

28-05-1969

Stb. 1969, 257

3767

04-06-1969

Stb. 1969, 259

wijziging

28-05-1969

Stb. 1969, 258

04-06-1969

Stb. 1969, 259