Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Bij de toepassing van staalslak in aanvullingen of ophogingen kan een verhoging van de zuurgraad (pH) van oppervlaktewater en van grondwater optreden als gevolg van de uitspoeling van vrije kalk. Ook de directe lozing van drainagewater op oppervlaktewater kan dit effect hebben. De mate waarin een nadelig effect kan optreden is afhankelijk van diverse factoren waaronder de omvang van het werk en de omvang en doorstroming van het aanwezige oppervlaktewater. Deze uitspoeling kan in extreme situaties o.a. leiden tot vissterfte en risico’s voor gezondheid van mensen die met dit water in aanraking komen.

Ook bij de toepassing van hoogovenslak(zand) in aanvullingen of ophogingen kan verhoging van de pH van het grondwater en van het oppervlaktewater optreden. De pH-verhoging bij toepassing van hoogovenslak(zand) is dan vooral afkomstig van de hydratatie van bepaalde calciumsilicaten.

Opgemerkt zij dat verhoging van de pH wellicht ook zou kunnen optreden bij bijzondere toepassingen van andere bouwstoffen, waaronder cementgebonden materialen in aanvullingen of ophogingen. Tot nu toe zijn bij de gebruikelijke toepassingen van cementgebonden materialen dit soort problemen niet opgetreden. In welke mate dergelijke effecten zouden kunnen optreden hangt van een aantal factoren af, zoals de hoeveelheid toegepast materiaal, de fijnheid van het materiaal, de chemische en minerale samenstelling, de aard en mate van contact met water, en dergelijke.

Aangezien soortgelijke effecten bij specifieke, afwijkende toepassingen niet geheel zijn uit te sluiten, vraagt deze circulaire daarom ook aandacht voor eventuele nieuwe soorten toepassingen van deze andere bouwstoffen die tot nu toe niet gebruikelijk zijn.

Bij de inwerkingtreding van het Bouwstoffenbesluit bodem- en oppervlaktewaterenbescherming (Bsb) werden staalslak en hoogovenslak(zand) alleen ruim boven het grondwater toegepast in relatief dunne lagen, o.a. als fundering onder een wegverharding. Staalslak werd ook toegepast in waterbouwkundige werken in groot oppervlaktewater. Cementhoudende materialen hebben, voor zover bekend, tot op heden geen problemen opgeleverd. De situaties waarin recentelijk effecten zijn waargenomen, betreffen nieuwe toepassingswijzen van staalslak en hoogovenslak(zand) waarmee bij de inwerkingtreding van het huidige Bsb nog geen rekening kon worden gehouden. Daarom bieden de regels van het Bsb onvoldoende bescherming tegen de thans waargenomen effecten. Het gaat hierbij vooral om toepassing in aanvullingen of ophogingen (veelal in veel grotere laagdikten en hoeveelheden dan bij wegfunderingen en met meer contact met grond- en regenwater). In dit soort gevallen kan zonder het nemen van passende maatregelen uitspoeling optreden naar grondwater en oppervlaktewater met gevolgen voor de waterkwaliteit.

Informatie geldend op 13-02-2017

Overzicht van wijzigingen voor dit

(13-02-2017)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

06-07-2005

nieuwe-regeling

21-06-2005

Stcrt. 2005, 128

21-06-2005

Stcrt. 2005, 128