Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 33

  • 1

    Een bevoegde instantie beperkt een vergunning die zij al dan niet voor onbepaalde tijd kan verlenen niet in geldigheidsduur, tenzij:

    • a.

      die geldigheidsduur automatisch wordt verlengd,

    • b.

      het aantal beschikbare vergunningen beperkt is door een dwingende reden van algemeen belang, of

    • c.

      een beperkte duur gerechtvaardigd is om een dwingende reden van algemeen belang.

  • 2

    Een vergunning waarvan de geldigheidsduur uitsluitend afhankelijk is van de voortdurende vervulling van de vergunningsvoorwaarden wordt aangemerkt als een vergunning voor onbepaalde tijd.

  • 3

    Onder een vergunning met beperkte geldigheidsduur wordt niet verstaan een vergunning die op grond van wettelijke voorschriften of aan de vergunning verbonden voorwaarden zijn geldigheid verliest indien een dienstverrichter niet binnen de daartoe in de vergunning gestelde termijn zijn dienstverrichtingen aanvangt.

  • 4

    Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a.

      vergunningen die naar hun aard beperkt zijn in de tijd;

    • b.

      vergunningen waarvan het aantal beperkt is door schaarste van de beschikbare natuurlijke hulpbronnen of de bruikbare technische mogelijkheden.

  • 5

    Een bevoegde instantie verleent een vergunning als bedoeld in het vierde lid, onderdeel b, voor een passende beperkte duur.

Informatie geldend op 03-01-2019

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(03-01-2019)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

28-12-2009

nieuwe-regeling

12-11-2009

Stb. 2009, 503

31579

26-11-2009

Stb. 2009, 505