Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 218

  • 1

    Ten bepaalden dage hoort de rechtbank in raadkamer de schuldenaar, de rechter-commissaris, de bewindvoerders en de in persoon bij schriftelijk gemachtigde of bij advocaat opgekomen schuldeisers. Iedere schuldeiser is bevoegd om, zelfs zonder opgeroepen te zijn, op te komen.

  • 2

    De rechtbank kan de schuldenaar definitief surseance verlenen, tenzij zich daartegen verklaren hetzij houders van meer dan één vierde van het bedrag der ter vergadering vertegenwoordigde, in artikel 233 bedoelde, schuldvorderingen, hetzij meer dan één derde der houders van zodanige vorderingen.

  • 3

    Over de toelating tot de stemming beslist, bij verschil, de rechtbank.

  • 4

    Surseance kan nimmer definitief worden verleend, indien er gegronde vrees bestaat, dat de schuldenaar zal trachten de schuldeisers tijdens de surseance te benadelen of het vooruitzicht niet bestaat, dat hij na verloop van tijd zijn schuldeisers zal kunnen bevredigen.

  • 5

    De rechtbank, het verzoek afwijzende, kan bij dezelfde beschikking de schuldenaar in staat van faillissement verklaren. Wordt het faillissement niet uitgesproken, dan blijft de voorlopig verleende surseance gehandhaafd tot de beschikking der rechtbank in kracht van gewijsde is gegaan.

  • 6

    Indien een aanvrage tot faillietverklaring, niet zijnde een verzoek als bedoeld in artikel 213ar, en een verzoek tot surseance gelijktijdig aanhangig zijn, komt eerst het verzoek tot surseance in behandeling. Indien een aanvrage tot faillietverklaring als bedoeld in artikel 213ar en een verzoek tot surseance gelijktijdig aanhangig zijn, komt eerst de aanvrage tot faillietverklaring in behandeling.

  • 7

    De beschikking op het verzoek is met redenen omkleed en wordt uitgesproken ter openbare zitting.

  • 8

    In afwijking van het vijfde lid stelt de rechtbank De Nederlandsche Bank N.V. in staat te worden gehoord alvorens een moedermaatschappij met zetel in Nederland van een verzekeraar als bedoeld in artikel 213abis, eerste lid, in staat van faillissement te verklaren.

Informatie geldend op 10-07-2024

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Faillissementswet
    artikel: 281e, 255

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-07-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

Aanhangig

34218

01-01-2023

wijziging

23-11-2022

Stb. 2022, 491

36040

05-12-2022

Stb. 2022, 492

Alg. 1

01-09-2017

wijziging

13-07-2016

Stb. 2016, 290

34212

01-05-2017

Stb. 2017, 174

Alg. 2

01-04-2016

wijziging

29-10-2015

Stb. 2015, 428

34198

02-12-2015

Stb. 2015, 504

01-09-2008

wijziging

20-03-2008

Stb. 2008, 100

30815

03-07-2008

Stb. 2008, 274

01-12-2005

tekstplaatsing-wijziging

24-11-2005

Stb. 2005, 600

24-11-2005

Stb. 2005, 600

Alg. 3

01-05-1977

wijziging

06-05-1976

Stb. 1976, 280

11085

05-03-1977

Stb. 1977, 129

16-03-1935

vervallen

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

nieuw

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

15-06-1925

wijziging

16-05-1925

Stb. 1925, 191

16-05-1925

Stb. 1925, 191

01-09-1896

nieuwe-regeling

30-09-1893

Stb. 1893, 140

20-01-1896

Stb. 1896, 9

Opmerkingen

  • 1) Artikel IV van Stb. 2022/491 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.

  • 2) Artikel CIX van Stb. 2016/290 bevat overgangsrecht m.b.t. deze wijziging.

  • 3) Tekstplaatsing met aanpassing van de spelling.