Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 228

  • 1

    Gedurende de surseance is de schuldenaar onbevoegd enige daad van beheer of beschikking betreffende de boedel te verrichten zonder medewerking, machtiging of bijstand van de bewindvoerders. Indien de schuldenaar in strijd daarmede gehandeld heeft, zijn de bewindvoerders bevoegd alles te doen, wat vereist wordt, om de boedel te dier zake schadeloos te houden.

  • 2

    Voor verbintenissen van de schuldenaar, zonder medewerking, machtiging of bijstand van de bewindvoerders na de aanvang der surseance ontstaan, is de boedel niet aansprakelijk, dan voorzover deze tengevolge daarvan is gebaat.

Informatie geldend op 10-07-2024

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Faillissementswet
    artikel: 247c, 241e, 281g, 238, 239, 242, 249

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-07-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-12-2005

tekstplaatsing-wijziging

24-11-2005

Stb. 2005, 600

24-11-2005

Stb. 2005, 600

Alg. 1

16-03-1935

nieuw

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

16-03-1935

vervallen

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

15-06-1925

wijziging

16-05-1925

Stb. 1925, 191

16-05-1925

Stb. 1925, 191

01-09-1896

nieuwe-regeling

30-09-1893

Stb. 1893, 140

20-01-1896

Stb. 1896, 9

Opmerkingen

  • 1) Tekstplaatsing met aanpassing van de spelling.