Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 240

  • 1

    Voldoening nadat de surseance voorlopig is verleend doch vóór de bekendmaking daarvan, aan de schuldenaar gedaan, ter vervulling van verbintenissen jegens deze vóórdien ontstaan, bevrijdt hem, die haar deed, tegenover de boedel, zolang zijn bekendheid met de voorlopige verlening van de surseance niet bewezen wordt.

  • 2

    Voldoening, als in het vorig lid bedoeld, nà de bekendmaking aan de schuldenaar gedaan, bevrijdt tegenover de boedel alleen dan, wanneer hij, die haar deed, bewijst, dat de voorlopige verlening van de surseance te zijner woonplaats langs de weg der wettelijke aankondiging nog niet bekend kon zijn, behoudens het recht van bewindvoerders om aan te tonen, dat zij hem toch bekend was.

  • 3

    In elk geval bevrijdt voldoening aan de schuldenaar hem, die haar deed, tegenover de boedel, voorzover hetgeen door hem voldaan werd ten bate van de boedel is gekomen.

Informatie geldend op 10-07-2024

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

Geen

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(10-07-2024)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-12-2005

tekstplaatsing-wijziging

24-11-2005

Stb. 2005, 600

24-11-2005

Stb. 2005, 600

Alg. 1

16-03-1935

nieuw

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

16-03-1935

vervallen

07-02-1935

Stb. 1935, 41

14-02-1935

Stb. 1935, 49

01-09-1896

nieuwe-regeling

30-09-1893

Stb. 1893, 140

20-01-1896

Stb. 1896, 9

Opmerkingen

  • 1) Tekstplaatsing met aanpassing van de spelling.